Telefoneren allerlei en gebruik van e-mail

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

TELEFONEREN IS COMMUNICEREN

Welke algemene hulpmiddelen gebruik je bij de telefoon?

Welke (bedrijfs)hulpmiddelen kun je daarnaast nog gebruiken?

Inkomende gesprekken zijn:

1. binnenkomende telefoontjes van externe bellers.
2. binnenkomende telefoontjes van interne bellers.
3. binnenkomende telefoontjes van interne- en externe bellers
4. geen van alle.

Welk hulpmiddel hoort niet in het rijtje thuis:

1. telefoonalfabet
2. telefoonmemoblok
3. digitale memo's
4. reclameadressenlijst

Veel bedrijven hebben bedrijfsregels. Wat hoort daar niet bij:

1. afspraken over het gebruik van de telefoon.
2. afspraken over de huisstijl.
3. voorschriften voor kleding.
4. afspraken over privégesprekken op het werk.

Wat staat er op een memo?

Wat staat er extra op een telefoonmemo?

Wat vind je beter: een memo op papier of per mail?
Waarom?

Welke uitspraak is juist?

1. Tegen externe bellers ben je altijd formeler dan tegen interne bellers.
2. Als je iets niet weet probeer je dat voor de beller verborgen te houden.

Welke uitspraak is onjuist?
Je zet een beller in de wacht als:

1. je hem probeert door te verbinden.
2. je iets voor hem wilt opzoeken.
3. je met je collega aan het praten bent.
4. je dan met een andere beller spreekt.

De e-mail is niet geschikt voor slechtnieuwsberichten.

1. Juist
2. Onjuist

De opbouw van een e-mail moet aan bepaalde regels voldoen.

1. Juist
2. Onjuist

Bij de e-mail hoef je geen spellingcontrole te gebruiken.

1. Juist
2. Onjuist

Het is prima wanneer je zakelijke e-mails na één of twee weken beantwoordt.

1. Juist
2. Onjuist

CC en BCC betekent ongeveer hetzelfde.

1. Juist
2. Onjuist

In de beantwoording is het verstandig de tekst van anderen heel te laten.

1. Juist
2. Onjuist

Voeg geen grote bijlagen toe, verwerk de informatie in de mail zelf.

1. Juist
2. Onjuist

In een zakelijke e-mail gebruik je voor 'u' in het meervoud 'jullie'.

1. Juist
2. Onjuist