4GT Werkwoordspelling

Werkwoordspelling
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Werkwoordspelling

Slide 1 - Slide

Welke 7 vormen van het werkwoord ken je ?

Slide 2 - Mind map

De zeven vormen van het werkwoord
1. De persoonsvorm TT
2. De persoonsvorm VT
3. Het voltooid deelwoord
4. Het onvoltooid deelwoord
5.Het bijvoeglijk naamwoord
6. Het infinitief
7. De gebiedende wijs

Slide 3 - Slide

Het kabinet wil werklozen inzetten in de zorg.

Welke vorm van willen is hier gebruikt?
A
PV TT
B
infinitief
C
gebiedende wijs
D
PV VT

Slide 4 - Quiz

Het kabinet wil werklozen inzetten in de zorg.

Welke vorm van inzetten is hier gebruikt?
A
PV TT
B
PV VT
C
voltooid deelwoord
D
infinitief

Slide 5 - Quiz

De leukste intocht van Sinterklaas is afgelopen zaterdag op televisie uitgezonden.

Welke vorm van uitzenden is in deze zin gebruikt?
A
infinitief
B
onvoltooid deelwoord
C
voltooid deelwoord
D
gebiedende wijs

Slide 6 - Quiz

Hoe was het ook alweer?

Slide 7 - Slide

De persoonsvorm
tegenwoordige tijd: stam of stam + t
hele werkwoord (meervoud)

verleden tijd: stam + te(n)
stam + de(n)
Gebruik 't kofschip
ik loop 
hij loopt
ik fiets-te
hij voetbal-de
't kofschip 

Slide 8 - Slide

Voltooid deelwoord en onvoltooid deelwoord
Voltooid deelwoord: gefietst, verbrand, gegaan
maak het voltooid deelwoord langer om te horen of de laatste letter een -d of een -t moet zijn (of gebruik het kofschip)

Onvoltooid deelwoord: infinitief (hele werkwoord) met een -d:
fietsend, etend, lopend

Slide 9 - Slide

Bijvoeglijk naamwoord en gebiedende wijs
Bijvoeglijk naamwoord: je schrijft het zo kort mogelijk
De verklede Roetveeg Piet
Het verbrande vlees
De zwaaiende kinderen

De gebiedende wijs schrijf je altijd als de stam:
Houd anderhalve meter afstand
Loop eens door

Slide 10 - Slide

Het infinitief
Het infinitief is het hele werkwoord:
Zou jij je tegen corona laten inenten?
Het Nederlands elftal heeft eindelijk weer kunnen winnen.

Slide 11 - Slide

De klas (worden) naar huis (sturen).
Vul de juiste vorm van het werkwoord in.

Slide 12 - Open question

De verkiezing (worden) een dag eerder gehouden.
Kies het goede antwoord
A
word
B
wordt

Slide 13 - Quiz

De kapotte schoen moet worden (repareren)
A
repareert
B
gerepareert
C
gerepareerd
D
repareerde

Slide 14 - Quiz

Zet je schoen maar bij de schoorsteen.

Welke vorm van zetten is gebruikt
A
PV TT
B
infinitief
C
PV VT
D
gebiedende wijs

Slide 15 - Quiz

Verdediger Stefan de Vrij (tonen) zich tevreden over het resultaat.
Welk antwoord is goed: PV VT
A
tonen
B
toonden
C
toonde
D
toont

Slide 16 - Quiz

Nu jullie:
https://www.cambiumned.nl/oefeningen/oefening-spelling-alle-werkwoordsvormen-door-elkaar/

https://www.cambiumned.nl/oefeningen/oefening-persoonsvorm-tt-en-vt-en-voltooide-deelwoorden/

https://www.cambiumned.nl/oefeningen/gebeuren/



Slide 17 - Slide