Herhaling Hoofdstuk 2 BK1

• Godsdienst
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Welkom

Fijn dat je er bent. de afgelopen weken hebben we de opdrachten bij hoofdstuk 2 gemaakt. Deze les ga je een stukje herhalen. Aan het einde van de les weet je dan welke onderdelen je weet en aan welke je nog aandacht moet besteden voor de toets.

Even opwarmen

Als je denkt aan het afgelopen hoofdstuk wat weet je dan nog?

Wat heb ik gemaakt? wat heb ik geleerd? Waar ging het ook alweer over. Maak een woordweb in de volgende slide.

Uitingen van levensbeschouwing

Welke antwoorden zijn juist om de buitenkant van een levensbeschouwing te herkennen?

1. Organisaties
2. Liederen
3. Gesprekken
4. Inspirerende personen

Wat betekend inspireren?

plak hieronder een foto van iemand die je inspireert

Hoort bij een levensbeschouwing

Hoort niet bij een levensbeschouwing

Paragraaf 1

Je hebt net enkele vragen gemaakt die horen bij paragraaf 1 van hoofdstuk 2. 

Heb je hier foutjes in gemaakt bekijk dan eerst nog een paragraaf 1 op bladzijde 30 en 31 van je boek.

Daarna werk je verder!

Noem een inspirerend persoon en leg uit waarom hij inspirerend is voor jou?

inspirerende personen

Verschillende levensbeschouwingen hebben personen die belangrijk zijn of een voorbeeld geven hoe je ''goed'' leeft.

Hierna komt een sleepvraag. Zoek de juiste persoon bij de juiste levensbeschouwing.

Jodendom

Christendom

Islam

Boeddhisme

Humanisme

Mozes

Jezus

Boeddha

Mohammed

Erasmus

Paragraaf 2

Dit waren de oefenvragen die bij paragraaf 2 hoorden.

Heb je hier fouten in gemaakt kijk dan nog eens naar paragraaf 2 die begint op bladzijde 32.

Als je dit gedaan hebt mag je verder.

Welke 3 zijn juist?
Welke voordelen heeft het dat je een levensbeschouwing opschrijft?

1. Duidelijk voor de leden
2. Aantrekkelijk voor anderen
3. Dit is netjes
4. Zo is het herkenbaar

Christendom

Boeddhisme

Jodendom

Hindoeïsme

Islam

Paragraaf 3

Dit is zijn de vragen die bij paragraaf 3 passen. Heb je hier fouten in gemaakt lees dan eerst paragraaf 3 door. Deze begint op bladzijde 34. Heb je dat gedaan dan ga je verder.

Verhalen

Paragraaf 4 ging over verhalen en de kenmerken van een levensbeschouwelijk verhaal.

Schrijf in minimaal 3 zinnen op waar het verhaal in paragraaf 4 over ging?

Noem de 3 kenmerken van een levensbeschouwelijk verhaal?

Paragraaf 4

Voordat je verder gaat bekijk je eerst of je in de laatste 2 vragen fouten hebt gemaakt dan weet jij dat je dit nog even na moet lezen voordat je verder werkt.

Welke van de eerste 4 paragrafen moet jij nog extra aandacht aan besteden?