Praktische opdracht Slavernij

Praktische opdracht Slavernij
1 / 30
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

Praktische opdracht Slavernij

Slide 1 - Slide

SLAVERNIJ NIET VOORBIJ
De bittere smaak van chocola

Slide 2 - Slide

Doen
Lezen
Bekijken

Slide 3 - Slide

slavernij

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Slide 7 - Slide

De tocht door Afrika 
  • Lange tocht door Afrika
  • Slavenmarkten
  • Vuurwapens 




Bron: Dossier geschiedenis: Nederland en de slavernij, NTR, 2011

Slide 8 - Slide

De tocht naar Fort El-Mina was extreem zwaar voor de tot slaaf gemaakte. Noem voorbeelden waarom dit zo was:

Slide 9 - Open question

De omvang van de slavenhandel
  • Door heel West-Afrika
  • Het aandeel van Nederland
  • Nederlandse achternamen in Afrika



Bron: Dossier geschiedenis: Nederland en de slavernij, NTR, 2011

Slide 10 - Slide

Hoeveel tot slaaf gemaakten verhandelde Nederland?
A
12.000.000
B
12.000
C
600.000
D
6000

Slide 11 - Quiz

Fort El-Mina
  • Wrede behandeling
  • Keuring
  • Brandmerking
  • Kelder
  • Laatste stop in Afrika  


Bron: Dossier geschiedenis: Nederland en de slavernij, NTR, 2011

Slide 12 - Slide

Het verblijf in Fort El-Mina was extreem zwaar voor de tot slaaf gemaakten. Noem voorbeelden waarom dit zo was:

Slide 13 - Open question

Plantages in Suriname
  • Waar kwamen de tot slaaf gemaakten te werken? 
  • Koffie, suiker en cacao
  • Polder landschap


Bron: Dossier geschiedenis: Nederland en de slavernij, NTR, 2011



Slide 14 - Slide

Aankomst in Suriname

Bron: Dossier geschiedenis: Nederland en de slavernij, NTR, 2011

Slide 15 - Slide

Leven op de plantage
  • Hiërarchie
  • Lijfstraffen
  • Geen gemeenschappelijke taal 
  • Extreem zwaar werk 



Bron: Dossier geschiedenis: Nederland en de slavernij, NTR, 2011

Slide 16 - Slide

instrument
hoofddeksel
verhalen
geloof

Slide 17 - Drag question

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video


Wat vind jij van deze standbeelden?
A
ze moeten verwijderd worden
B
ze moeten blijven staan
C
ze mogen blijven staan, maar met juiste informatie
D
ik heb een ander idee

Slide 20 - Quiz

timer
5:00
suiker
iPhone
nootmuskaat
chocolade
je eigen kleding

Slide 21 - Drag question

iPhone – China
nootmuskaat – Indonesië
chocola (cacao) – West-Afrika 
suiker – Brazilië
jouw kleding  – Bangladesh

Slide 22 - Slide

‘Nee joh, ben je gek, ik eet geen chocolade. Als ik geld heb, dan geef ik dat uit aan eten dat mijn lichaam nodig heeft.’ 
- Desiré Kamagaté, Ivoriaanse chauffeur. 

Waar komt chocola vandaan?
‘Voor één reep chocola koop ik 7 kilo rijst of twee kippen’ 
- Konan, de vertaler 

Slide 23 - Slide

‘Een vriend van mijn vader bracht me naar de cacaoplantage van een man die hij kende. Daar ging ik aan het werk. Er waren nog veel meer kinderen.’  
 

Bassirou uit Ivoorkust, 15 jaar (p. 121, 122, publicatie Tony)
Waarom werken kinderen op de cacaoplantage?

Slide 24 - Slide

Welke gevaren zijn er voor kinderen op de cacaoplantage? 

Slide 25 - Mind map


Het is niet erg dat de arbeiders op cacaoplantages nooit een chocoladereep hebben gegeten.
A
eens
B
oneens

Slide 26 - Quiz


Als je iets koopt, ben je niet verantwoordelijk voor de omstandigheden waarin dat product wordt gemaakt.
A
eens
B
oneens

Slide 27 - Quiz


Als je iets te goedkoop koopt (bv. kleding, chocola) draag je bij aan oneerlijke handel.
A
eens
B
oneens

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Video

Bezig Praktische opdracht. 

Slide 30 - Slide

More lessons like this