HV1B 12-4-2021

Aardrijkskunde HV1B






12 april 2021
1 / 25
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Aardrijkskunde HV1B






12 april 2021

Slide 1 - Slide

Wat heb je nog onthouden
van de vorige les?

Slide 2 - Mind map

Oriëntatie
  • Huiswerk afgerond?
  • Leerdoelen
       - je begrijpt hoe de waterkringloop werkt
       - je kunt de drie soorten neerslag herkennen

Slide 3 - Slide

Lesplanning
  • Uitleg §3.4 (20 min)
       - Onstaan neerslag
       - Soorten neerslag
  • Maken  §3.4 (15 min)
       Opdracht 4 t/m 6

Slide 4 - Slide

Uitleg §3.4

Slide 5 - Slide

Wat is het verschil tussen de korte en lange waterkringloop?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Als je wolken ziet verschijnen is er sprake van ...
A
verdamping
B
condensatie

Slide 8 - Quiz

Wat weet je al over neerslag?

Slide 9 - Mind map

Wanneer valt er neerslag?

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Wat gebeurt er met de temperatuur als de lucht gaat stijgen?

Slide 14 - Open question

Welk soort neerslag komt voor bij bergen?
A
stijgingsregen
B
stuwingsregen
C
frontale regen

Slide 15 - Quiz

Aan welke kant van de berg valt er veel neerslag?
A
waar de lucht stijgt
B
waar de lucht daalt

Slide 16 - Quiz

Hoe heet de natte kant van een berg?

Slide 17 - Open question

Welk soort neerslag komt vaak voor bij Nederland?
A
stijgingsregen
B
stuwingsregen
C
frontale regen

Slide 18 - Quiz

Welk soort neerslag komt voor bij de evenaar?
A
stijgingsregen
B
stuwingsregen
C
frontale regen

Slide 19 - Quiz

Waardoor ontstaat er bij de evenaar veel neerslag?

Slide 20 - Open question

Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Aan het werk
Wat?
Lezen §3.4
Maken §3.4: opdracht 4 t/m 6
Waar?
Werkboek of digitaal lesmateriaal
Hoe?
15 minuten; zelfstandig of samenwerken
Vragen via chat of microfoon
Klaar?
Interactieve schoolplaat waterkringloop 

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Link

Afsluiting

Slide 23 - Slide

Huiswerk voor 15-4
  • Maken §3.4: opdracht 4 t/m 6

Slide 24 - Slide

Wat heb je vandaag
geleerd?

Slide 25 - Mind map