Oefenen voor proefwerk

Wat is GEEN neerslag?
A
Regen
B
IJzel
C
Sneeuw
D
Hagelslag
1 / 22
next
Slide 1: Quiz
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat is GEEN neerslag?
A
Regen
B
IJzel
C
Sneeuw
D
Hagelslag

Slide 1 - Quiz

De fase overgang van gas naar vloeibaar heet
A
Smelten
B
Verdampen
C
Stollen
D
Condenseren

Slide 2 - Quiz

Stoom.
Welke vorm is dit van water?
A
Water
B
Waterdamp
C
IJs

Slide 3 - Quiz

Elke vloeistof thermometer bestaat uit de volgende onderdelen
A
stijgbuis-schaalverdeling
B
reservoir-schaalverdeling
C
stijgbuis-reservoir
D
stijgbuis-reservoir-schaalverdeling

Slide 4 - Quiz

Wat is het kookpunt van water?
A
0 graden Celsius
B
50 graden Celsius
C
90 graden Celsius
D
100 graden Celsius

Slide 5 - Quiz

Hoe heet de fase-overgang van vloeibaar naar vast?
A
Rijpen
B
Stollen
C
Bevriezen
D
Condenseren

Slide 6 - Quiz

Waar zit bij een vloeistofthermometer de schaalverdeling?
A
achter de stijgbuis
B
achter het reservoir
C
naast de stijgbuis
D
naast het reservoir

Slide 7 - Quiz

Een kookpunt is
A
de plek in de pan waar water begint te koken
B
de temperatuur waarbij een stof kookt
C
de temperatuur waarbij een stof stolt
D
de temperatuur waarbij een stof condenseert

Slide 8 - Quiz

Wat is geen fase van water ?
A
ijs
B
waterdamp
C
water
D
mist

Slide 9 - Quiz

Welke soort van neerslag is dit?
A
Dauw
B
Rijp
C
Ijzel

Slide 10 - Quiz

Welk soort neerslag
zie je hier?
A
Dauw
B
Rijp
C
IJzel
D
Regen

Slide 11 - Quiz

Bij 100 graden Celsius veranderd:
A
Water in IJs
B
Waterdamp in IJs
C
Water in Waterdamp
D
IJs in water

Slide 12 - Quiz

Welk soort neerslag
zie je hier?
A
Dauw
B
Rijp
C
IJzel
D
Sneeuw

Slide 13 - Quiz

Water, ijs en waterdamp zijn drie verschillende stoffen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Kookpunt is een stofeigenschap
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quiz

Welke soort van neerslag is dit?
A
Dauw
B
Rijp
C
Ijzel

Slide 16 - Quiz

Hoveel fase-overgangen zijn er ?
A
2
B
6
C
4
D
5

Slide 17 - Quiz

Smelten is de fase-overgang van …… naar ……
A
Gas naar vloeibaar
B
Vloeibaar naar gas
C
Vloeibaar naar vast
D
Vast naar vloeibaar

Slide 18 - Quiz

Hoe heet deze fase overgang?
A
Rijpen
B
Verdampen
C
vervluchtigen
D
Condenseren

Slide 19 - Quiz

De fase-overgang van waterdamp naar water heet condenseren.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Alle vloeistoffen hebben hetzelfde kookpunt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

Dat was het!
Voor nu:
Oefenen voor de toets 

Slide 22 - Slide