H4 Warmte; 4.4-Geleiding en 4.5-Stroming, KB lj 2

Hoofdstuk 4 'Warmte'

Klas 2 kader

Paragraaf 4 en 5
1 / 17
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 4 'Warmte'

Klas 2 kader

Paragraaf 4 en 5

Slide 1 - Slide

Deze les
  • Samen starten (presentie + huiswerk)
  • Huiswerk noteren
  • LessonUp voor kader (basis kijkt mee of gaat aan de slag)
  •  Allen aan de slag
  • Afsluiting en check met camera aan

Slide 2 - Slide

Doelen van deze les
Jullie kunnen warmteoverdracht  door convectie uitleggen

Je kunt uitleggen de voor- en nadelen van een pomp in een cv-ketel uitleggen

Je kunt uitleggen waarom moderne cv-ketels altijd een pomp hebben

Slide 3 - Slide


Wat zie je op deze afbeelding?

Slide 4 - Open question

Hoe gaat het in huis?
Aardgas verbrand in de CV-ketel.
Via pomp door leidingen naar
 de radiatoren.

Slide 5 - Slide

Vormen van warmtetransport
Warmtegeleiding: Het staal van de radiator geleidt de warmte van binnen de radiator naar buiten de radiator.

Warmtestroming: De lucht rond de radiator gaat stromen, doordat de lucht wordt verwarmd. De warme lucht verspreidt zich door de hele kamer.

Warmtestraling: De hete radiator straalt infrarode straling uit, de kamer in.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Warmtetransport door geleiding
1. Warmtegeleiding: de warmte verplaatst zich door een stof

2. Warmte verplaatst zich altijd van de plaats met de hoogste temp. naar de plaats met de laagste temp.

3. Zonder temperatuurverschil is er geen warmtetransport


Slide 8 - Slide

Sleep de zinnen naar het juiste antwoord
Goed

Fout

een radiator geeft de warmte af door straling
warme lucht verplaatst zich in de kamer door stroming
je voelt de warmte van een kampvuur door geleiding
een lepeltje in hete thee wordt warm door straling

Slide 9 - Drag question

Stroming in lucht
  1. Een hete radiator geeft voortdurend warmte af aan de lucht eromheen -> de lucht krijgt een hogere temperatuur.

2. De warmte lucht zet uit en wordt 'lichter' dan de rest van de lucht in de kamer; de warme lucht gaat omhoog.

3. Tegen het plafond koelt de lucht af. De afgekoelde lucht zakt aan de andere kant weer naar beneden.

4. De koude lucht beweegt naar de radiator, wordt weer verwarmd en stijgt weer op!

Slide 10 - Slide

Warmte stroming
Ook wel convenctiestroming genoemd.




Slide 11 - Slide

CV-pomp
Een cv-installatie zonder pomp is niet handig:
  • Het water stroomt langzaam (duurt lang voordat de radiatoren warm worden)
  • De cv-ketel moet in de kelder staan

Een cv-installatie met pomp is handig:
  • Kan het water zo snel laten rondstromen als nodig
  • Je kunt de cv-ketel overal in huis plaatsen

Slide 12 - Slide

CV-ketels zonder pomp
  1. Bij A warmt het water op. Water zet uit als het warm wordt: de dichtheid wordt kleiner (het zet uit en wordt lichter).
  2. Bij B geeft het warme water de warmte af: door stroming, geleiding en straling.
  3. Door het afkoelen, krimpen de waterdeeltjes en wordt de dichtheid van het water groter : het water daalt.

Slide 13 - Slide

Welke manieren van warmtetransport zijn er?
A
Straling, stroming, isolatie
B
Stroming, straling, vermogen
C
Straling, stroming, geleiding
D
Isolatie, geleiding, stroming

Slide 14 - Quiz

Welke vormen van warmtetransport blokkeert een thermosfles?
A
Stroming & Straling
B
Stroming
C
Straling
D
Geleiding, stroming & straling

Slide 15 - Quiz

Convectie ontstaat door warmte
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quiz

Bedankt voor jullie aandacht!

Slide 17 - Slide