This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Lezen 3.3
Voorlezen 5 min.
herhalen / testen 5min.
Uitleg 10 min.
Zelfstandig werken 20 min.
Exit ticket 2 min.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Lezen hoofdstuk 1-3
Slide 5 - Slide
vorige les
Lesdoel:
verwijswoorden
signaalwoorden: voorbeeld
Slide 6 - Slide
Waar verwijst het gemarkeerde woord naar?
Slide 7 - Open question
Waar verwijst het gemarkeerde woord naar?
Slide 8 - Open question
Waar verwijst het gemarkeerde woord naar?
Slide 9 - Open question
Waar verwijst het gemarkeerde woord naar?
Slide 10 - Open question
Ik ga graag op vakantie. In de zomer gaan we kamperen. Daarnaast gaan we in het voorjaar skiën. Verder vliegen we soms in de herfstvakantie naar een warm land.
noteer de signaalwoorden van opsomming (onder elkaar!)
Slide 11 - Open question
Ik ga graag op vakantie. In de zomer gaan we kamperen. Daarnaast gaan we in het voorjaar skiën. Verder vliegen we soms in de herfstvakantie naar een warm land.
Uit hoeveel onderdelen bestaat de opsomming?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 12 - Quiz
Ik ga graag op vakantie. In de zomer gaan we kamperen. Daarnaast gaan we in het voorjaar skiën. Verder vliegen we soms in de herfstvakantie naar een warm land.