What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Nask VMBO 2 K toets/ KGT boek H2 Elektriciteit
Maak je een open of gesloten stroomkring als je een elektrisch apparaat aanzet?
A
open stroomkring
B
gesloten stroomkring
1 / 24
next
Slide 1:
Quiz
This lesson contains
24 slides
, with
interactive quizzes
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Maak je een open of gesloten stroomkring als je een elektrisch apparaat aanzet?
A
open stroomkring
B
gesloten stroomkring
Slide 1 - Quiz
Wat is een stroommeter?
A
Hiermee kun je stroom opwekken.
B
Hiermee kun je de stroomsterkte meten in een elektrische stroomkring.
Slide 2 - Quiz
Welke zin is juist?
A
In een stroomschakeling kan de stroom maar 1 route volgen.
B
In een stroomschakeling kan de stroom 2 of meerdere routes volgen.
Slide 3 - Quiz
Bij een serieschakeling komt er steeds evenveel stroom door het hele circuit. Waar of niet waar?
A
niet waar
B
waar
Slide 4 - Quiz
Wat is de rekenregel van de parallelschakelingen?
A
Om de totale stroomsterkte te weten moet je alle stroomtakken bij elkaar optellen.
B
Om de totale stroomsterkte te weten moet je alle stroomtakken bij elkaar optellen en vermenigvuldigen met het aantal stroomtakken dat je hebt.
Slide 5 - Quiz
Wat wordt bedoeld met een gemengde schakeling?
A
Alle onderdelen zijn parallel geschakeld.
B
Parallel- en, serie schakelingen kunnen niet samen gaan.
C
Sommige onderdelen zijn serie geschakeld en andere parallel.
D
Alle onderdelen zijn serie geschakeld.
Slide 6 - Quiz
Maak de zin af.
De huisinstallatie is......
A
...een netwerk van elektriciteitsdraden door je huis.
B
.... een installateur die de draden in je huis komt vervangen.
C
....... een combinatie van stroomsterktes.
Slide 7 - Quiz
Welke kleur heeft de fasedraad?
Welke kleur heeft de nuldraad?
Welke kleur heeft de schakeldraad?
Een groepsschakeling zorgt ervoor dat je ...................
bruin
blauw
zwart
......de spanning van de stopcontacten en lichtpunten af kunt halen.
Slide 8 - Drag question
wat is de grootste veiligste stroomwaarde binnen 1 groep?
A
20 A
B
8 A
C
18 A
D
16 A
Slide 9 - Quiz
Wat kan er gebeuren als er teveel stroomsterkte op een groep gezet wordt?
A
brandgevaar, omdat de koperdraden hier niet op berekend zijn.
B
niets, er komt hooguit meer licht uit de lampen
Slide 10 - Quiz
Wat is waar? Let op meerdere antwoorden zijn goed!
A
Op elk elektrisch apparaat staat aangegeven hoeveel elektrische energie het per seconde verbruikt.
B
Het vermogen geef je aan met de letter V.
C
Het vermogen van een apparaat bereken je met de volgende gegevens: vermogen(P), spanning(U) en stroomsterkte (I)
D
Met een kilowatuurmeter (Kwh -meter) bereken je hoeveel water er doorheen gaat.
Slide 11 - Quiz
Wat is de juiste formule voor het berekenen van het vermogen(P) van een apparaat?
A
vermogen = spanning X stroomsterkte / P = U . I
B
spanning = vermogen X stroomsterkte / U = P . I
Slide 12 - Quiz
Wat is de juiste formule voor het berekenen van het energieverbruik?
A
Vermogen = energieverbruik x tijd / P = E . t
B
Energieverbruik = vermogen X tijd / E = P . t
Slide 13 - Quiz
wat is contactweerstand?
A
De stroom maakt contact met andere stroomnetwerken.
B
De stroom die vindt de meeste weerstand als hij in- en uit je lichaam gaat.
Slide 14 - Quiz
Wat is het effect van stroom op je lichaam bij 100-500 mA.?
A
brandwonden
B
net te voelen
C
spieren trekken samen
D
hartproblemen
Slide 15 - Quiz
Waar staan de letters KEMA voor?
A
Keuring van Elektronische Materialen
B
Keuring van Elektrische Materialen en Andere stroomgeleiders.
Slide 16 - Quiz
Elke groep.....
Een elektronische zekering heeft een hefboompje dat .........
smeltveiligheid is .....
...heeft een eigen zekering
....'omklapt'als de stroom wordt uitgeschakeld.
een dunne draad die gemakkelijk smelt en kan maar 1x stroom uitschakelen.
Slide 17 - Drag question
Wat is de functie van een aardlekschakelaar?
A
De stroom van de fasedraad wordt vergeleken met de stroom van de nuldraad. Zijn ze gelijk, dan wordt de stroom doorgelaten.
B
De sttroom zoekt via de aardlekschakelaar een andere route door het stroomnetwerk om de stroom te kunnen leveren.
Slide 18 - Quiz
Een elektrische stroomkring kun je vergelijken met een CV -installatie. De pomp van het CV systeem lijkt op...
A
een schakelaar
B
een spanningsbron
Slide 19 - Quiz
bij een parallel schakeling zijn 3 gelijke lampjes geschakeld. Welke zinnen zijn juist?
A
De stroomsterkte is door elk lampje even groot.
B
De stroom kan maar 1 route volgen
Slide 20 - Quiz
3 lampen zijn serie geschakeld. Door alle lampen gaat een stroom van 0,50 A. Hoe groot is de totale stroomsterkte?
A
0,50 A
B
1,00 A
C
1,50 A
D
3 A
Slide 21 - Quiz
Op elektrische apparaten zit een sticker. Wat geeft dan het vermogen aan bij elektrische apparaten?
A
460 W
B
460 V
C
460 Hz
Slide 22 - Quiz
vroeger gebruikte met smeltbeveiligingen. Wat gebruikt me tegenwoordig?
A
randaarde-installatie
B
een elektronische beveiliging
Slide 23 - Quiz
A
Slide 24 - Quiz
More lessons like this
4.3 Schakelingen
December 2024
- Lesson with
24 slides
Natuurkunde
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
4.3 Schakelingen
6 hours ago
- Lesson with
24 slides
Natuurkunde
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
5.4 Meten van stroom en spanning
March 2023
- Lesson with
19 slides
Natuurkunde / Scheikunde
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
les 8: Stroom, spanning en weerstand
April 2020
- Lesson with
30 slides
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H7 Basis natuurkunde - 7.3 Stroom en Schakelen (uitleg)
4 days ago
- Lesson with
39 slides
Nask / Techniek
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 4
H4 4.3 Schakelingen K2 les 3
October 2023
- Lesson with
39 slides
Natuurkunde / Scheikunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
4.3 Schakelingen kgt
December 2022
- Lesson with
25 slides
Mens & Natuur
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
§ 4.3 Schakelingen
March 2023
- Lesson with
12 slides
Nask / Techniek
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1