What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Log in
Register
‹
Return to search
Verbes avoir, être, faire, aller, prendre, vouloir
Voca
6 verbes irréguliers
1 / 40
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
40 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Voca
6 verbes irréguliers
Slide 1 - Slide
Dans ce cours...
Verbes irréguliers avoir, être, faire, aller, prendre, vouloir
verbes reguliers -er
welke tijden? présent en passé composé
Slide 2 - Slide
Hoe leer je de onregelmatige werkwoorden?
Slide 3 - Open question
avoir = hebben
être = zijn
Slide 4 - Slide
faire = maken/doen
aller = gaan
Slide 5 - Slide
Pouvoir & Vouloir = onregelmatig
Slide 6 - Slide
Prendre = onregelmatig
Slide 7 - Slide
vervoeg: Monsieur, vous (gaan) à la fête? ( alleen ww)
Slide 8 - Open question
vervoeg: Je (wil) bien apprendre une autre langue.
Slide 9 - Open question
vervoeg: Est-ce que tu (neem) une photo de moi?
Slide 10 - Open question
vervoeg: Mes parents ne (nemen) pas une glace au citron.
Slide 11 - Open question
Elle ... une fille.
A
es
B
est
C
sont
D
sommes
Slide 12 - Quiz
Nous ... nos devoirs.
A
font
B
faites
C
fais
D
faisons
Slide 13 - Quiz
Tu ... à l'école.
A
vas
B
va
C
vais
D
vont
Slide 14 - Quiz
Martien et Erica ... un château.
A
avaient
B
avez
C
ont
D
avions
Slide 15 - Quiz
Vous ... au cinéma. (aller)
présent rn alleen ww-vorm invullen
Slide 16 - Open question
Tu ... sympa. (être)
Slide 17 - Open question
Mes amis ... du foot. (faire)
Slide 18 - Open question
Léa ... un chien. (avoir)
Slide 19 - Open question
Je/J' ... douze ans.
A
suis
B
ai
Slide 20 - Quiz
Le passé composé
bestaat uit
A
onderwerp + hulp werkwoord + voltooid deelwoord
B
onderwerp + hulpwerkwoord + heel werkwoord
C
onderwerp +hulp ww+ bijv n.w.
Slide 21 - Quiz
Jullie gaan het werkwoord 'weten' (savoir) leren in de onderstaande drie tijden. Sleep de juiste vorm werkwoorden naar de juiste tijd.
le présent
le passé composé
l'imparfait
ik wist
ik weet
ik heb geweten
Slide 22 - Drag question
De verleden tijd: imparfait!
avoir: av
ons j'avais, tu avais, il avait, nous avions, vous aviez, ils avaient
De verleden tijd: passé composé (2 ww) ! heeft gehad, ben gegaan, heb gemaakt, hebben gewild.
avoir: aller: faire:
heb
gehad
ben
gegaan
heb
gemaakt
j'ai eu je suis allé(e) j'ai fait
tu as eu tu es allé(e) tu as fait
il a eu il est allé il a fait
nous avons eu nous sommes allés nous avons fait
vous avez eu vous êtes allé(e)(s) vous avez fait
ils ont eu ils sont allés ils ont fait
Slide 23 - Slide
De verleden tijd: imparfait!
avoir: av
ons j'avais, tu avais, il avait, nous avions, vous aviez, ils avaient
De verleden tijd: passé composé( 2 ww)!
prendre: vouloir: être:
heb
genomen
heb
gewild
ben!
geweest
j'ai pris j'
ai voulu j'ai été
tu as pris tu as voulu tu as été
il a pris il a voulu il a été
nous avons pris nous avons voulu nous avons été
vous avez pris vous avez voulu vous avez été
ils ont pris ils ont voulu ils ont été
Slide 24 - Slide
Je
suis
Tu
es
Il
est
elle
est
nous
sommes
vous
êtes
ils
sont
elles
sont
Le verbe aller ( être regel- le passé composé
allée
allé
allé(e)
allées
allé(e)s
allés
Slide 25 - Drag question
Zet in de passé composé: ils ... (avoir) un chien
Slide 26 - Open question
Zet in de passé composé: tu ... (danser) pendant la fête?
Slide 27 - Open question
Zet in de passé composé: Nous ... (faire) nos devoirs.
Slide 28 - Open question
Zet in de passé composé: elle ... (choisir) une voiture
Slide 29 - Open question
Zet in de passé composé: il ... (être) gentil
Slide 30 - Open question
Zet in de passé composé: Nous ... (finir) tôt
Slide 31 - Open question
Elles ... le chocolat. (aimer, pc)
Slide 32 - Open question
Vous ... une pomme. (manger, p.c.)
Slide 33 - Open question
La femme ... en vacances en France. (aller, p.c.)
Slide 34 - Open question
J' ... un chien et un chat. (vouloir, p.c.)
Slide 35 - Open question
Maak een Franse zin met het werkwoord: prendre, in de passé composé
Slide 36 - Open question
La roue des verbes
Roue 1: pronoms personnels
Roue 2: avoir, être, faire, aller, prendre, vouloir
Slide 37 - Slide
Wordwall
Op de volgende dia's staan links naar spelletjes op Wordwall. Doe beide spelletjes een keer!
Maze: les verbes
Whack-a-mole: les verbes irréguliers
Slide 38 - Slide
Combineer de personen met de juiste vervoegingen in de présent
veux
prends
va
prenons
allez
veulent
Je
Tu
il/elle/on
Nous
Vous
Ils / elles
Slide 39 - Drag question
Merci de votre attention !!
Slide 40 - Slide
More lessons like this
Quiz Vakantiebeurs
July 2019
-
21 slides
Beeldende vorming
Handvaardigheid
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
Buiten de Lijntjes
Werkvormen: Anagram
February 2025
-
10 slides
Tekenen
Taal
+21
Basisschool
Middelbare school
Praktijkonderwijs
LessonUp Inspiratie
Werkvormen: Anagram
April 2025
-
10 slides
Tekenen
Taal
+21
Basisschool
Middelbare school
Praktijkonderwijs
WoW! - Werkvormen in LessonUp
Werkvormen: De Souffleermethode
June 2025
-
16 slides
Engels
Geschiedenis
+2
Basisschool
Beroepsopleiding
Middelbare school
WoW! - Werkvormen in LessonUp
Werkvormen: De Souffleermethode
May 2025
-
16 slides
Engels
Geschiedenis
+2
Basisschool
Beroepsopleiding
Middelbare school
LessonUp Inspiratie
Musique Mercredi : COURS 1
March 2024
-
25 slides
Frans
Muziek
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Beeld & Geluid Onderwijs
Musique Mercredi : COURS 4
March 2023
-
21 slides
Frans
Muziek
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Beeld & Geluid Onderwijs
Wie, Wat, Waar op Woensdag (9)
December 2024
-
8 slides
Burgerschapskunde
Mediawijsheid
+3
Basisschool
Middelbare school
Praktijkonderwijs
LessonUp Inspiratie