les 2 - lezen (2/5)

Leerjaar 2 - periode 4
- start en aanwezigheid
- planning en afspraken periode
- nieuwe theorie: communicatiedoel
- opdrachten (alleen of samen)
- afronding en huiswerk. 
Boek nodig! 
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Leerjaar 2 - periode 4
- start en aanwezigheid
- planning en afspraken periode
- nieuwe theorie: communicatiedoel
- opdrachten (alleen of samen)
- afronding en huiswerk. 
Boek nodig! 

Slide 1 - Slide

leerjaar 2- periode 3 = knallen! 
Aan het einde van deze periode en na de reparatieweek moet je voor Nederlands iedere periode met een 5,5 of hoger hebben afgesloten. 

Lukt dit niet? dan kun je volgend jaar NIET deelnemen aan het examen en heb je dus studievertraging. 

Slide 2 - Slide

Deze periode:
2x per week Ned 
Deel 1: Lezen (Boek nodig!) - TOETS 
Deel 2: Spreken - presentatie (alleen)
Dus nog twee cijfers op je rapport

Planning in teams-lesmateriaal-Nederlands
Lessen in Lessonup. Altijd samen starten: dan de keuze zelfstandig of samen. 

Slide 3 - Slide

Leg in je eigen woorden uit wat het verschil is tussen onderwerp en hoofdgedachte

Slide 4 - Open question

Waar staat vaak de belangrijkste zin van een alinea?

Slide 5 - Open question

welke communicatiedoelen kan een schrijver hebben?

Slide 6 - Open question

communicatiedoelen (blz 515)
  • informeren - De schrijver geeft informatie of levert gegevens (feiten)
  • uiteenzetten - De schrijver geeft op een neutrale, zakelijke manier informatie, legt uit hoe iets werkt, beschrijft of verklaart iets. 
  • beschouwen - De schrijver wil dat de lezer zijn mening kan vormen en geeft daarom allerlei meningen en invalshoeken van het onderwerp. NIET zijn eigen mening.
  • overtuigen - De schrijver wil dat de lezer het eens is met zijn mening. 
  • instrueren - De schrijver legt uit hoe iemand iets moet doen, stapsgewijs 
  • activeren - De schrijver wil de lezer aanzetten of stimuleren om actie te ondernemen. (reclame) 
  • amuseren - De schrijver wil de lezer vermaken. (niet bij schoolteksten) 






Slide 7 - Slide

een tekst heeft altijd 1 communicatiedoel
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

aan de slag 
we lezen samen de tekst op blz. 341-342
dan volgt de keuze: alleen of samen verder 

Slide 9 - Slide

wat is het communicatiedoel van Lotte?

Slide 10 - Open question

Ik wil graag:
A
alleen de opdracht maken op laptop
B
met Kyra de opdracht maken in het boek

Slide 11 - Quiz

Aan de slag! 

Door Nederalnds - thema Omgaan met Klachten - taak 26 3F 
maak opdracht 5 (samen of alleen) 
Klaar? Ga naar extra oefenen - woordenschat: omgaan met klachten. 

Slide 12 - Slide

Wat ga je onthouden van de les?

Slide 13 - Open question

tot slot
- zorg dat je opdracht 5 af hebt 

Volgende les: opdracht 6+9  + woordenschat

Slide 14 - Slide