leesvaardigheid

Welkom M3c
Telefoon in telefoontas
Ga zitten en pak je boek- schrift en pen
Tas op de grond

Maken les 1: opdracht 1 t/m 11
Let op: bij 9 moet je beide teksten in minimaal 30 en maximaal 40 woorden samenvatten. Tel en noteer het aantal woorden
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom M3c
Telefoon in telefoontas
Ga zitten en pak je boek- schrift en pen
Tas op de grond

Maken les 1: opdracht 1 t/m 11
Let op: bij 9 moet je beide teksten in minimaal 30 en maximaal 40 woorden samenvatten. Tel en noteer het aantal woorden

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video

Vragen over tekstverbanden
  • Wat is het verband tussen alinea 4 en 5?
  • Wat is de functie van alinea 5 ten opzichte van alinea 5?

Het is belangrijk om de signaalwoorden en tekstverbanden van de vorige dia uit je hoofd te leren.

Slide 4 - Slide

Tekstverbanden

Slide 5 - Slide

les 40
Samenvatting schrijven

Slide 6 - Slide

Hoofdgedachte van de tekst
Om de hoofdgedachte te vinden in een tekst kun je de volgende vraag stellen:
  • Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?


Soms staat de hoofdgedachte in de inleiding of in het slot.

Slide 7 - Slide

Doel van de tekst
Wat wil de schrijver bereiken bij de lezers met zijn tekst?
Voorbeeld van tekstdoelen:
  • Informeren;
  • Activeren;
  • Overtuigen;
  • Amuseren.

Slide 8 - Slide

Open vragen
Leg uit / Verklaar: geef een uitleg in je eigen woorden. Schrijf dus geen zinnen uit de tekst over.
Noem twee ... / Welke twee ...: schrijf dan twee dingen op. Niet meer, alleen de eerste twee worden nagekeken.
Citeer een zin: schrijf de eerste twee woorden van een zin op en de laatste twee woorden. Daartussen gebruik je drie punten.
Zet het regelnummer tussen haakjes. "Het is ... tekst over." (r.23)

Slide 9 - Slide

Meerkeuzevragen

Stap 1: Lees eerst alleen de vraag.
Stap 2: Lees nog een keer het tekstgedeelte.
Stap 3: Zoek in de tekst zelf het antwoord op de vraag.
Stap 4: Vergelijk jouw antwoord met de antwoorden bij de vraag.
Streep de antwoorden weg die niet goed zijn. Kies het beste antwoord.

Slide 10 - Slide