De meeste lichtbronnen maken een divergente bundel.
Dit is een bundel die steeds groter wordt.
Slide 9 - Slide
Convergente lichtbundel
Een bundel die steeds kleiner wordt heet een convergente bundel.
Als je een vergrootglas in de zon houdt ontstaat er een convergente lichtbundel.
Slide 10 - Slide
Evenwijdige lichtbundel
Een laser is een evenwijdige lichtbundel.
Deze bundel wordt niet groter en niet kleiner.
Slide 11 - Slide
Wat voor soort lichtbundel is dit?
A
Divergente lichtbundel
B
Evenwijdige lichtbundel
C
Convergente lichtbundel
Slide 12 - Quiz
Wat voor soort lichtbundel is dit?
A
Divergente lichtbundel
B
Evenwijdige lichtbundel
C
Convergente lichtbundel
Slide 13 - Quiz
Wat voor soort lichtbundel is dit?
A
Divergente lichtbundel
B
Evenwijdige lichtbundel
C
Convergente lichtbundel
Slide 14 - Quiz
Soorten lenzen
Een bolle lens geef je aan met een +
Een holle lens geef je aan met een -
Slide 15 - Slide
Werking van lenzen
Een bolle lens (+) heeft een convergerende werking, dat betekent dat de lichtstralen na de lens naar elkaar toe gaan.
Slide 16 - Slide
Werking van lenzen
Een holle lens (-) heeft een divergerende werking, dat betekent dat de lichtstralen na de lens van elkaar af gaan.
Slide 17 - Slide
+
+
-
Divergent
Convergent
Divergent
Evenwijdig
Slide 18 - Drag question
Slide 19 - Video
Slide 20 - Video
Bolle lenzen
Bolle lenzen hebben convergerende werking
Bolle lenzen zijn aan de rand dunner dan in het midden.
Slide 21 - Slide
Holle lenzen
Holle lenzen hebben een divergerende werking
Holle lenzen zijn aan de rand dikker dan in het midden.
Slide 22 - Slide
Hoe noem je deze lichtbundel?
A
Convergent
B
Evenwijdig
C
Divergent
Slide 23 - Quiz
Hoe noem je deze lichtbundel?
A
Convergent
B
Evenwijdig
C
Divergent
Slide 24 - Quiz
Wat weten we al?
Slide 25 - Slide
Ruben heeft in een kartonnen koker een lens gezet. Hij laat een lichtbundel in de koker vallen. In de afbeelding zie je de lichtstralen uit de koker komen. Wat zit er in de koker?
A
een bolle lens
B
een evenwijdige lens
C
een holle lens
D
een spiegel
Slide 26 - Quiz
brandpuntsafstand van een lens
Als je en evenwijdige
lichtbundel door een bolle
lens laat vallen komen de
lichtstralen samen in het
brandpunt van de lens
Punt F
Slide 27 - Slide
brandpuntsafstand van een lens
De afstand van het F
tot en met de lens
heet de brandpuntsafstand
Afkorting
Eenheid meter (m)
f
f
Slide 28 - Slide
Lenzenformule
De sterkte van een lens is afhankelijk van de bolling.
Als lichtstralen meer breken
komt de brandpuntsafstand
dichterbij de lens te liggen
Slide 29 - Slide
Lenzenformule
De sterkte van de lens kan je berekenen met de lenzenformule:
S=f1
grootheid
eenheid
Lenssterkte S
dioptrie (dpt)
brandpuntsafstand
meter (m)
Slide 30 - Slide
f bij een negatieve lens
Bij een negatieve lens ontstaat alleen een virtueel brandpunt
Dit brandpunt is niet echt. Je geeft hem ook aan als negatief getal. Voorbeeld:
f=−0,01m
Slide 31 - Slide
Leerdoelen
drie soorten lichtbundels benoemen;
holle en bolle lenzen herkennen;
de convergerende en divergerende werking van lenzen herkennen.
De sterkte van een lens of brandpuntsafstand bepalen met
Uitleggen hoe een Fresnel-lens werk.
Slide 32 - Slide
Ja, dat kan ik.
😒🙁😐🙂😃
Slide 33 - Poll
En nu oefenen Havo
Nakijken paragraaf 2.2 Spiegels (als je dit nog niet afhebt)
Lezen paragraaf 2.3 Lichtbundels
Maken opgave 27 t/m 29, 31 t/m 35, 37 en 39
Slide 34 - Slide
En nu oefenen Vwo
Nakijken paragraaf 2.2 Spiegels (als je dit nog niet afhebt)