5.1 leenheren en leenmannen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

H5: Monniken en Ridders

5.1: herhaling Leenheren en leenmannen

Lesdoelen

Wie Karel de Grote is en wat het Frankische Rijk is.

Hoe het bestuur werd geregeld

Wat het leenstelsel is

Wat de oorzaken zijn van de verdeeldheid en onveiligheid

Ik heb 5.2 zelf gelezen + de opdrachten gemaakt én ik begrijp de paragraaf

Ja

Een beetje

Nee

In welke periode is dit hoofdstuk?

1. Oudheid
2. Prehistorie
3. Vroeg moderne tijd
4. Middeleeuwen

Welke jaartallen horen bij het tijdvak: de tijd van monniken en ridders

1. 0-500
2. 500-1000
3. 750-1200
4. 1000-1500

In de tijd van monniken en ridders was er een landbouwsamenleving, dit was...

1. Een verandering
2. Continuïteit

Er was politieke verdeeldheid, omdat?

1. Leenheren te machtig werden
2. mannen zelf ook weer leenmannen aanwezen
3. niet deden wat ze moesten doen
4. enmannen het slecht hadden

Leg in eigen woorden uit wat het leenstelsel is.

Waarom was het onveilig in deze tijd?

1. Door de Viking invallen
2. er in deze periode veel gesloten werd
3. Omdat leenhere te weinig ridders hadden

Lesdoelen 5.2

• Weten hoe Europa christelijk werd
  
• Welke personen voor de verspreiding van het christendom zorgden
  
• Hoe de christelijke en Germaanse cultuur vermengd werden
  
• Wat geestelijken zijn die veel invloed hadden
  

Er waren mensen die het christendom verspreiden aan de hand van een opdracht, hoe noem je dit?

1. Prediker
2. Profeet
3. Missionaris
4. Geestelijken

Kies het juiste antwoord:
De Germanen hadden een

1. polytheïstische godsdienst
2. monotheïstische godsdienst
3. Geen godsdienst
4. Atheïsme

Hoe noem je iemand die (volgens de chirstenen) niet het goede geloof heeft?

1. Heiden
2. Germanen
3. Moren
4. Byzantijn

De verspreiding van het christendom in Europa is een kenmerkend aspect van de

1. tijd van jagers en boeren
2. Grieken en Romeinen
3. Monniken en ridders
4. Steden en staten

De Germanen verzetten zich tegen het christendom omdat..

1. zij het eten van de missionarissen niet lekker vonden
2. zij de missionarissen als indringers zagen
3. ze het leuk vonden om kerken in brand te steken

1.

Sleepvraag: Maak de juiste combinaties

Aartsbisschoppen

Paus

Lage geestelijken

Bisschoppen

2.

3.

4.

Hoe wordt het hoofd van een klooster ook wel genoemd?

1. Monnik
2. Non
3. Priester
4. Abt

5.3 zelfstandig lezen +

Werken aan de volgende 3 punten:

1. Wat is een horige en wat is horigheid?

2. Wat is het hofstelsel (hoe werkte dit) en wat zijn herendiensten

3. Welke drie sociale groepen zijn er en wat was de taak van elke groep.

Daarnaast maken van 5.3:

1,3,4,6 en 8

Dit alles staat ook in Magister voor volgende week!