Hoofdstuk 3: thema 10

Thema 10: In conflict
Hoofdstuk 3
Schooltaalwoorden
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Thema 10: In conflict
Hoofdstuk 3
Schooltaalwoorden

Slide 1 - Slide

Programma
  1. Nakijken / controleren
  2. introductie thema 10: video & vragen
  3. woordenlijst & themawoorden
  4. online: toets/opdrachten
  5. offline: opdrachten werkboek  & mijn woordenboek

Slide 2 - Slide

Nakijken / controleren
  1. De opdrachten die je gemaakt heb bij thema 9 worden eerst nagekeken en beoordeeld door je docent.
  2. Wanneer dit correct en volledig is, mag je verder met thema 10.

Slide 3 - Slide

Vraag 1:
Leg uit wat het woord conflict betekent.

Slide 4 - Open question

Vraag 2:
Waar denk je aan bij het woord 'conflict'?

Slide 5 - Mind map

Vraag 3:
Heb je zelf wel eens ruzie? Met wie en waarover?

Slide 6 - Open question

Woordenlijst
  1. In jullie groepje ligt een woordenlijst van dit thema.
  2. Begin op de volgende, nieuwe bladzijde in je aantekeningenschrift en zet bovenaan, op de bovenste regel: Thema 10 In conflict
  3. Neem de woorden en hun betekenis over in je aantekeningenschrift (de kolom 'wat' hoef je niet te doen).
  4. WERK NETJES
  5. Is er iets niet duidelijk, roep dan je docent erbij.

Slide 7 - Slide

Themawoorden
  1. Zijn er woorden die je zelf al gebruikt? Omcirkel deze met een kleur.
  2. Welke woorden kun je zelf nog bedenken bij het thema. Schrijf minimaal 5 'extra' woorden op in een woordweb.
  3. Denk aan het eventueel gebruik van tekeningen/symbolen

Slide 8 - Slide

Online 
  1. inloggen via Magister 
  2. Thema 10: In conflict
  3. eerste opdracht (toets) maken
  4. Is je score hoger dan 80%, dan ga je naar de volgende slide (Offline)
  5. Is je score lager dan 80%, dan maak je eerst de opdrachten online.

Slide 9 - Slide

Offline 
  1. Begin in opdrachten en maak opdracht 1 & 2 op blz. 32
  2. Draai je boek om (mijn woordenboek) en maak de opdracht van thema 10 op blz. 8.
  3. Draai je boek weer om en maak de thuisopdracht 3 op blz. 33.

Slide 10 - Slide