Afsluiting milieuproblemen

1 / 12
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

  • Een vliegretourtje Amsterdam - New York kost evenveel energie (per passagier) als zes maanden verwarming van een gemiddelde Nederlandse woning. 

Slide 2 - Slide

Aan het einde van deze les kan jij:
- Klassikaal uitleggen hoe de club van Rome een voorbeeld is van aandacht voor milieuproblemen.
- Klassikaal benoemen wat de oliecrisis van 1973 voor gevolgen had in Nederland. 
- klassikaal uitleggen wat de politiek doet om milieuproblemen tegen te gaan. 
- Zelfstandig een spotsprent analyseren. 

Slide 3 - Slide

Programma
- Aantekening paragraaf 2.6 'milieuproblemen'
- Video
- Zelfstandig werken.

Slide 4 - Slide

Afronding 2.6: milieuproblemen. 
Korte herhaling: Steeds meer aandacht voor milieuproblemen. 
Club van Rome (1968). 

Slide 5 - Slide

Club van Rome
'Economische groei heeft negatieve gevolgen voor het milieu'.
Gevolgen:
  •  Uitputting van de aarde: de grondstoffen en bronnen raken op.
  • Gezondheidsproblemen voor inwoners van alle continenten. 

Slide 6 - Slide

Gevolg: bronnen raken op.
  • Duidelijk tijdens de oliecrisis van 1973: niet meer vanzelfsprekend dat iedereen onbeperkt bronnen (zoals olie) kan gebruiken. 
  • Want: autoloze zondagen en bezine op de bon. 

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Meer aandacht voor milieuproblemen:
  • Oprichting verschillende milieuorganisaties
  • Voorbeeld? 
  • Doel: burgers en overheden overtuigen dat goed milieubeleid noodzakelijk is: 'liever minder economische groei dan het slecht gaat met het milieu'.

Slide 9 - Slide

Maar wat vindt de politiek? 
  • Komst milieubeleid (1980): maatregelen om het milieu te beschermen. 
  • Onderdeel daarvan: 'duurzame ontwikkeling'.
  • Energiebeleid: aanmoedigen zorgvuldig omgaan met energie

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Zelfstandig werken (in stilte)
Drie mogelijkheden:
  1. Nog vragen stellen over de paragraaf aan mij. 
  2. Werken uit het werkboek: opdracht 4, 5, 6, 7 en 9. 
  3. Ben je daarmee klaar of vind je het te makkelijk? Steek je vinger omhoog: ik heb dan een opdracht voor je. 

Slide 12 - Slide