2.1 De romeinen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Tijd van Grieken en Romeinen
3000 vC - 500 nC

Tijdvak 2: Grieken en Romeinen.

De tijd van Grieken en Romeinen

Romeinen

Upload een foto van de kaart van het Romeinse rijk, toen hij op zijn grootst was.

Exit-ticket:
Noem twee begrippen die we vandaag behandeld hebben en leg uit wat ze inhouden.

KGT: Welke stelling is niet waar ?

1. Stadstaten ruilden onderling veel.
2. Alle stadstaten hadden hetzelfde soort bestuur.
3. De meeste stadstaten waren heel klein.
4. Een stadstaat bepaalt zelf zijn wetten en regels.

Les 2

Stadstaten (KGT) en het Romeinse rijk (BK)!

Leerdoelen BK

1. Ik kan uitleggen hoe Rome van een klein dorp uitgroeide tot een wereldrijk.
   
   
2. Ik kan uitleggen hoe de Romeinen in hun grote rijk zo lang de baas konden blijven.
   
   
3. Ik kan uitleggen wat de gevolgen waren van de Romeinse veroveringen voor de Germanen

Leerdoelen KGT

1. Ik kan het leven in en het bestuur van een Griekse stadstaat als Athene beschrijven.
   
   
2. Ik kan 5 Griekse goden noemen en uitleggen dat men in Griekenland verhalen over deze goden gebruikten om de wereld te begrijpen.
   
   
3. Ik kan uitleggen dat de Griekse geleerden met behulp van wetenschap de wereld om hun heen probeerden te begrijpen.

KGT: Een stadstaat is:

1. een stad dat alle grondstoffen heeft
2. Een stad dat statig is
3. stad waarin de staat belangrijk is
4. een onafhankelijke stad inclusief landerijen

KGT: Wat is geen Griekse stadstaat?

1. Sparta
2. Rome
3. Athene
4. Lesbos