WiNL_Herhaling _Deel 2_OOS

 Herhaling WIL

Bespreken en oefenen WIL
Zelfstandig werken
1 / 28
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

 Herhaling WIL

Bespreken en oefenen WIL
Zelfstandig werken

Slide 1 - Slide

Bespreken examenopdracht 

Slide 2 - Slide

Als het verval 600 meter is en de lengte van de rivier 450 kilometer is. Wat is dan de juiste berekening voor het verhang?
A
600 x 450
B
600-450
C
600 \ 450
D
600 + 450

Slide 3 - Quiz

Verval en verhang
  • verval = het aantal meters dat een rivier naar beneden 'valt' tussen twee bepaalde punten

  • Verhang = het verval / de totale lengte van de rivier tussen twee bepaalde punten
verhang=lengte(km)verval

Slide 4 - Slide

Welke van de volgende uitspraken over rivieren is/zijn juist? B
I Dicht bij de bron is het verval in het algemeen kleiner dan bij de monding.
II Dicht bij de bron is de rivier in het algemeen breder dan bij de monding.
A
Beide uitspraken zijn juist
B
Alleen uitspraak 1 is juist
C
Aleen uitspraak 2 is juist
D
Beide uitspraken zijn onjuist

Slide 5 - Quiz

Welke drie stappen zijn onderdeel van de drietrapsstrategie?

Slide 6 - Open question

Drietrapsstrategie

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

daarnaast is Nederland verdeeld in Waterschappen

Zij regelen kwaliteit en kwantiteit in de regio.
Verkiezingen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

In het holoceen ging de temperatuur...?
A
Dalen en kregen we een ijstijd
B
Stijgen en kregen we moerassige gebieden

Slide 13 - Quiz

In het pleistoceen hadden we?
A
Een hoge zeespiegel
B
Een lage zeespiegel

Slide 14 - Quiz

Pleistoceen

- Vele ijstijden zorgen voor een lage zeespiegel.
- Lage zeespiegel zorgt voor een zeewaardse beweging van de kustlijn.
- Laatste ijstijd: poolwoestijn --> zandige bodem. 
Holoceen

- Landijs smelt: Noordzee loopt weer vol met water.
- Vollopen van de Noordzee zorgt voor een landinwaardse beweging van de kustlijn.
- Stijgen van de zeespiegel: meer regenval en drassigere bodem (Veen).

Slide 15 - Slide

Wat zal de belangrijkste oorzaak zijn voor de verwachte zeespiegelstijging?
A
Smelten zee ijs
B
Smelten landijs
C
Toename water in de kringloop
D
Uitzetten van zeewater

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Hoogste risico
Laagste risico
Hoge kans
Groot effect

Slide 19 - Drag question

*herhaling:
Waardoor hebben polders in West-Nederland veel last van verzilting?
A
door bemaling van de polders
B
door de infiltratie van oppervlaktewater in de duinen
C
door de toenemende neerslag
D
door opwaartse stroming van zoet water

Slide 20 - Quiz

Waarom is de kans op verzilting door zeewater in de zomer het grootst?

Slide 21 - Open question

IJsselmeer
De rol van het IJsselmeer is dat men het water in de zomer verhoogt in het IJsselmeer. 

Hierdoor kan de overheid dit zoetwater verdelen voor drinkwater en voor de landbouw. 

Slide 22 - Slide

Hoeveel % van al het water op de aarde is zoet water?
A
3%
B
12,5%
C
25%
D
48%

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Prioriteiten in tijden van droogte. Wat komt eerst? Wat als laatste?

Slide 25 - Open question

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Aan de slag!

Maken examenopdracht

Examentraining H2

Leren rep

Samenvatten

Elkaar overhoren

Slide 28 - Slide