marktaandeel, kosten, opbrengsten, winst en break-even

Marktaandeel, kosten, winst en break even
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Marktaandeel, kosten, winst en break even

Slide 1 - Slide

Marktaandeel
Marktaandeel is het aandeel dat een aanbieder van een goed of dienst heeft in de totale omzet of afzet op de betreffende markt in een bepaalde periode.

Slide 2 - Slide

Er zijn 200.000 pennen verkocht. Sophianum verkocht er 30.000. Marktaandeel?

Slide 3 - Open question

Totale opbrengst = omzet = TO

TO = p x q
p = prijs
q = hoeveelheid (afzet)

Slide 4 - Slide

Totale variabele kosten = TVK
TVK = q x vk
q = hoeveelheid (afzet)
vk = variabele kosten
Variabele kosten zijn kosten die afhangen van de hoeveel geproduceerde goederen. 
Vb de hoeveelheid meel die een bakker nodig heeft hangt af van hoeveel broden hij bakt

Slide 5 - Slide

Totale constante kosten = TCK
TCK is een gegeven. Deze kosten zijn onafhankelijk van het aantal geproduceerde goederen. Dus ook als er niets geproduceerd wordt heb je deze kosten. 
Vb Aanschaf machines. Ook als ik niets maak heb ik deze gekocht.

Slide 6 - Slide

Totale kosten = TK
TK = TVK + TCK
TVK = totale variabele kosten
TCK = totale constante kosten

Slide 7 - Slide

Totale Winst = TW
Tw = To - Tk
To = Totale opbrengst (omzet)
Tk = Totale kosten

Slide 8 - Slide

Break-even
Break even is het punt waar er geen winst en geen verlies wordt gemaakt. Alle kosten worden gedekt met het ontvangen geld. 
Formule = TO = TK
De totale opbrengsten (TO) zijn gelijk aan de totale kosten (TK)

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Bereken de break even afzet.
De verkoopprijs van product A is €4,-
De variabele kosten waren €1,50 en de constante kosten €200.000,-

Slide 25 - Open question

Slide 26 - Video