3.2 Renaissance

Mens- en wereldbeeld van de middeleeuwen
  • De gemeenschap staat op de eerste plaats
  • Je behoort tot een van de 3 standen: geestelijkheid, adel, boeren
  • Geloof speelt een heel belangrijke rol; gehoorzaam de kerk en de regels van God, zodat je in het hiernamaals komt
  • Wetenschappers waren vaak geestelijken, die baseerden zich vooral op de Bijbel
1 / 17
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Mens- en wereldbeeld van de middeleeuwen
  • De gemeenschap staat op de eerste plaats
  • Je behoort tot een van de 3 standen: geestelijkheid, adel, boeren
  • Geloof speelt een heel belangrijke rol; gehoorzaam de kerk en de regels van God, zodat je in het hiernamaals komt
  • Wetenschappers waren vaak geestelijken, die baseerden zich vooral op de Bijbel

Slide 1 - Slide

Renaissance

Slide 2 - Slide

Wat is de Renaissance?
  • Periode in de Europese geschiedenis waarin het denken en de kunsten van de klassieke oudheid opnieuw centraal worden gesteld. 
  • De Renaissance ontstond in de 14e eeuw in Italië en had haar hoogtepunt rond 1500. 
  • De letterlijke vertaling van renaissance is ‘wedergeboorte’.

Slide 3 - Slide

Periode in de Europese geschiedenis waarin het denken en de kunsten van de klassieke oudheid opnieuw centraal worden gesteld.

Dit houdt een verandering in ten opzicht van de Middeleeuwen.


Slide 4 - Slide



Verandering in het denken

Slide 5 - Slide

Oorzaken Renaissance (1)
  • Veel overblijfselen uit de Romeinse tijd

Economische opleving:

  • Door handel: hogere welvaart en 
  • meer kennis dankzij contacten met andere culturen (ontdekkingsreizen)

  • Welvarende stadstaten; dus onafhankelijker van de paus en keizer

  • Rijke burgers hebben veel geld te besteden

Slide 6 - Slide

Oorzaken Renaissance (2)
Culturele opleving:

  • Rijke Italianen willen kunst (van zichzelf)

  • Kunstenaars krijgen daarom veel geld

  • Kunst wordt daardoor steeds beter

  • Kunstenaars gaan teruggrijpen op kunst uit de klassieke oudheid

  • Klassieke Oudheid = Tijd van Grieken en Romeinen

Slide 7 - Slide

Anders denken over het leven en de dood
  • Memento mori (Gedenk te sterven), wordt carpe diem (Pluk de dag)

  • Mensen gaan meer leven voor het leven nu, en niet voor het leven na de dood

  • God en geloof blijven heel erg belangrijk, maar het vertrouwen in de kerk wordt minder

Slide 8 - Slide

Middeleeuws denken

  • Gemeenschappelijk denken

  • Het leven na de dood is het belangrijkst (memento mori)

  • Het christelijke geloof is het belangrijkst
Renaissance 

  • Individualistisch denken

  • Het leven op aarde wordt belangrijker (carpe diem)

  • Het christelijke geloof is belangrijk, maar de mens zelf ook

Slide 9 - Slide



Verandering in de kunsten

Slide 10 - Slide

Middeleeuwse schilderkunst (1)
  • Bijbelse voorstellingen

  • weinig details

  • felle kleuren

  • geen expressie in gezichten (levenloos)

Slide 11 - Slide

Middeleeuwse schilderkunst (2)
  • geen diepte (perspectief)

  • weinig realistisch: zolang het maar duidelijk werd wát er was afgebeeld (onderwerp, persoon)

  • (vrijwel) geen naakt

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Kenmerken van de Renaissance-kunst (1)

  • Realistisch

  • Veel details

  • Perspectief (weergeven van diepte)

Slide 14 - Slide

Kenmerken van de Renaissance-kunst (2)

  • Thema’s: Griekse/Romeinse mythen/sagen, maar ook Bijbelse verhalen

  • Naakt

  • Observeren, dan pas schilderen

Slide 15 - Slide

Het orgineel:
rond 120 na Chr.
De kopie:
rond 1580 na Chr.

Slide 16 - Slide


Sint-Pietersbasiliek

Slide 17 - Slide