Bij meervoudige argumentatie geeft iemand meerdere argumenten die helemaal los van elkaar staan. Bij nevenschikkende argumentatie geeft iemand meerdere argumenten die samen als het ware één groot argument vormen. Als je wilt beargumenteren met meervoudige argumentatie dat rozen de mooiste bloemen van de wereld zijn, dan kun je bijvoorbeeld zeggen: ‘Je hebt ze in alle kleuren en ze zijn een symbool van de liefde.’ Deze twee argumenten staan helemaal los van elkaar; hier heb je dus te maken met meervoudige argumentatie. Je kunt ook zeggen: ‘Ze zijn een symbool van de liefde en iedereen heeft liefde nodig!’ Deze twee argumenten hangen met elkaar samen: ze gaan beide over liefde. Hier is sprake van nevenschikkende argumentatie.