Les 3 Aanschaf van materialen en kascontrole

Les 3 Aanschaf van materialen en kascontrole
1 / 24
next
Slide 1: Slide
DierverzorgingMBOStudiejaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Les 3 Aanschaf van materialen en kascontrole

Slide 1 - Slide

Eindproduct van deze cursus
  • Tijdens de lessen werk je met je groepje een onderwerp met een aantal deelvragen uit tot een PowerPoint presentatie.
  • Deze presenteren jullie vervolgens aan de klas op 
Woensdag 10 december. 
  • Jouw gemaakte presentatie lever je ook in bij Cumluade -> onderwijseenheid 19 -> kennisleerlijn -> administratie voeren en kascontrole

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Na vandaag kun je:
  • uitleggen hoe je een kasboek bijhoudt en wat je nodig hebt voor een goede kascontrole.
  • een kascontrole uitvoeren en de resultaten correct vastleggen.

Slide 4 - Slide

Je koopt een pakje pennen voor de praktijk. Je haalt geld uit de kas. Hoe zorg je dat dit netjes wordt geregistreerd? Wat kan er misgaan als je dit niet doet?

Slide 5 - Open question

BTW
Met het aanschaffen van materialen, diensten, producten en goederen heb je te maken met BTW

Slide 6 - Slide

Wat is btw?
A
belasting toenemende waarde
B
belasting toegevoegde waarde
C
belasting toegevoegde winkel
D
belasting tegen waarde

Slide 7 - Quiz

Btw = belasting die je betaalt bij kopen en verkopen
  • Het is een indirecte belasting: de klant betaalt, de ondernemer draagt het af aan de Belastingdienst
  • Geldt op de verkoop van producten en diensten
  • Bij elke stap in de keten (boer → bakker → winkel) wordt btw berekend

Toegevoegde waarde = het verschil tussen wat iets kost om te maken/kopen en wat het oplevert bij verkoop.

Slide 8 - Slide

Nederland kent drie btw-tarieven 
  • 21% : het algemene tarief, geldt voor de meeste goederen en diensten.
  • 9% : verlaagd tarief, o.a. voor levensmiddelen, medicijnen, boeken en sommige diensten.
  • 0% : nul-tarief, vooral voor internationale handel (export)

  • Daarnaast zijn er ook vrijstellingen van btw, bijvoorbeeld voor bepaalde zorg- en onderwijsdiensten.
  • In een dierenartsenpraktijk kom je meestal de 21% (diensten, voer, producten) en soms 9% (geneesmiddelen) tegen. Voeding en voedingssupplementen 21%
  • Medicijnen die toegediend zijn tijdens een behandeling, geen 9% maar 21%
  • Praktijk draagt maandelijks of per kwartaal af, afhankelijk van de grootte van de praktijk.

Slide 9 - Slide

9% BTW of 21% BTW
A
9%
B
21%

Slide 10 - Quiz

9% BTW of 21% BTW
A
9%
B
21%

Slide 11 - Quiz

9% BTW of 21% BTW
A
9%
B
21%

Slide 12 - Quiz

Kas controle
De kastelling en het afsluiten van de dag opname van de pin
leg je vast in een “kasboek”.
Dit kan een papierenversie zijn
Maar tegenwoordig gaat dit in een digitaal Boekhoudprogramma, zoals Animana of VAP

Slide 13 - Slide

Wanneer voeren we een kascontrole uit?
A
begin van de dag
B
na dat de eerste klant geweest is
C
na de middag pauze
D
aan het einde van de dag

Slide 14 - Quiz

Kas telling
  1. Vaak wordt een kastelling aan het begin of aan het einde van de dag gedaan, 
  2. hierbij wordt al het contante geld geteld en wordt de pin afgesloten.
  3. Deze gegevens worden dan verwerkt in het systeem -> de dag afsluiting die in het financiële gedeelte van animana te vinden is 

Slide 15 - Slide

Geld tellen
- Zorg dat de voordeur/achterdeur op slot zit!!, 
zeker als je alleen bent.
-Als het mogelijk is ga in een aparte kamer zitten
- Leg het geld nooit open en bloot op de balie.
- Neem ook je pintransacties mee in je dagoverzicht

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

 Tellen van de kas: Alle contante bedragen in de kas worden fysiek geteld. Dit omvat bankbiljetten, munten en eventuele kassabonnen of vouchers en ook de pintransacties.

Slide 18 - Slide

Alle kastransacties (ontvangsten en uitgaven) worden gecontroleerd aan de hand van bonnetjes, facturen en andere bewijsstukken, dit moet ook verwerkt worden in de financiële administratie. Dit helpt om te controleren of elke transactie correct is geboekt en verantwoord.

Slide 19 - Slide

Vergelijken met de administratie: De getelde kasinhoud wordt vergeleken met de kasadministratie, waar alle inkomsten en uitgaven van de kas zijn vastgelegd. Hierbij wordt gecontroleerd of het saldo van de kasadministratie overeenkomt met het daadwerkelijk aanwezige bedrag.

Slide 20 - Slide

Onderzoeken van eventuele verschillen: Als er verschillen zijn tussen het kasboek en de werkelijke kasinhoud, wordt er onderzoek gedaan om te achterhalen waar deze verschillen vandaan komen. Dit kan komen door fouten in het tellen, niet geregistreerde transacties, of in sommige gevallen fraude.

Slide 21 - Slide

Er is een verschil en nu?

Slide 22 - Slide

Vraag aan jullie:
Noem één woord dat met deze les te maken heeft.
Let op: is het woord al genoemd bedenk dan een ander woord.

Slide 23 - Slide

Aan de slag
Ga verder met de PowerPoint presentatie

Slide 24 - Slide