Welke conclusies kun je trekken?
1. Cijfer 6 komt het vaakst voor
2. Cijfer 10 komt het minst voor
3. Cijfers 4 en 7 komen relatief vaak voor
4. Beide diagrammen tonen dezelfde informatie, maar anders vormgegeven
5. De meeste leerlingen scoren rond het midden (5–8)