Nieuwsbegrip

Vuurwerk
Lesdoel: De leerlingen lezen de tekst actief aan de hand van sleutelvragen. Ze beantwoorden (toets)vragen bij de tekst.

Leesdoel: Na het lezen weten de leerlingen meer over regels voor vuurwerk en ze weten dat de meningen over vuurwerk verdeeld zijn. Ze weten ook welke veiligheidsmaatregelen ze kunnen nemen als ze naar vuurwerk gaan kijken met oud en nieuw.



1 / 10
next
Slide 1: Slide
LezenBasisschoolGroep 8

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vuurwerk
Lesdoel: De leerlingen lezen de tekst actief aan de hand van sleutelvragen. Ze beantwoorden (toets)vragen bij de tekst.

Leesdoel: Na het lezen weten de leerlingen meer over regels voor vuurwerk en ze weten dat de meningen over vuurwerk verdeeld zijn. Ze weten ook welke veiligheidsmaatregelen ze kunnen nemen als ze naar vuurwerk gaan kijken met oud en nieuw.



Slide 1 - Slide

Vuurwerk

Slide 2 - Mind map

ontploffingen en vuur
helft voor, helft tegen
veiligheidsbril, geen jas met capuchon, 8 meter afstand
kopen vanaf 12 of 16, afsteken op 31 december
Gevaarlijk
Meningen verdeeld
Regels
Tips

Slide 3 - Drag question

Filmpje & Tekst lezen
Pak een markeerstift en je tekst
--> Streep de moeilijke woorden aan 

Draai je laptop van je af! --> Er aan zitten = afgepakt!

Slide 4 - Slide

Wat betekent: de toeschouwer?
Maar elke jaarwisseling raken veel mensen gewond door vuurwerk. Ook toeschouwers.
A
iemand in het theater
B
iemand die niets ziet
C
iemand in een voetbalstadion
D
iemand die naar iets kijkt of die iets ziet

Slide 5 - Quiz

Wat betekent: zwaargewond?
Afgelopen weekend raakte een jongen van 9 jaar zwaargewond door vuurwerk.
A
beetje gewond
B
overleden
C
heel erg gewond
D
gewond

Slide 6 - Quiz

Wat betekent: illegaal?

Slide 7 - Open question

Wat betekent: de overheid?
Dit staat op de website van de overheid: rijksoverheid.nl/onderwerpen/vuurwerk/regels-vuurwerk. 
A
de eerste en tweede kamer
B
de regering van een land en alle mensen die ervoor werken
C
de minister president
D
alle inwoners

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link