KA 29: uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme

1 / 22
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Ongegeneerd trots op slavernij

Wat zien we op dit Delftsblauwe schaaltje van rond 1750?

Slide 2 - Slide

Toelichting
Een witte man, vast en zeker een plantage-eigenaar, in de schaduw van huis en boom genietend van de geneugten des levens: een pijp en een goed glas wijn. Achter hem verzorgen tot slaaf gemaakte zwarte mensen in de brandende zon tabaksplanten.


Tot slaafgemaakten werden in die tijd gezien en behandeld als handelsobjecten van economische waarde. Het schaaltje is wellicht gebruikt om ergens in Nederlandse Republiek koekjes of chocolaatjes aan gasten te serveren. Het drukt ongegeneerde trots uit op een bloeiende onderneming. De vanzelfsprekendheid waarmee de scène toen geschilderd werd, is even veelzeggend als het ongemak waarmee wij hem nu bekijken.

Slide 3 - Slide

KA 29: Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme

Slide 4 - Slide

Leerdoelen
  • De leerling kan de opkomst van plantagekoloniën door Europeanen in Amerika verklaren 
  • De leerling kan uitleggen wat plantagekoloniën zijn
  • De leerling kan de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel/driehoekshandel uitleggen 
  • De leerling kan de opkomst van het abolitionisme verklaren aan de hand van de opkomst van de Verlichting 
  • De leerling kan het kenmerkend aspect uitleggen met behulp van een persoon, begrip en gebeurtenis

Slide 5 - Slide

Kenmerken
Tijdvak: Tijd van Pruiken en Revoluties
Jaartallen: ca. 1700-1800
Periode: Vroegmoderne tijd
Samenleving: Landbouwstedelijke samenleving
Invalshoek: politiek, economie, sociaal
Kernwoorden: plantagekoloniën, Transatlantische slavenhandel / driehoekshandel, Verlichting/vrijheid/gelijkheid (abolitionisme), Keti Koti (ketenen gebroken)

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Test jezelf

Slide 12 - Slide

KA 29: uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme
Leg uit wat het kenmerkend aspect betekent :
Bijvoorbeeld,
Persoon: Tula is de nationale held van Curaçao en een symbool tegen de slavernij. Jarenlang werkt Tula als tot slaaf gemaakte op plantage Kenepa in Curaçao. Onder zijn leiding breekt in 1795 een slavenopstand uit.
Begrip: Plantagekoloniën, overzees Europees gebiedsdeel met grote landbouwbedrijven. Vaak werden hier slaven tewerk gesteld. 
Trans-Atlantische slavenhandel: handel van zwarte slaven van Afrika naar Amerika.
Abolitionisme: streven naar afschaffing van de slavernij en de slavenhandel.
Gebeurtenis: Nederland schaft als een van de laatste landen de slavernij af. In 1859 verbiedt Nederland de slavernij in grote delen van Oost-Indië. Vier jaar later, op 1 juli 1863, schaft Nederland de slavernij af in Suriname en de Nederlandse Antillen.

Slide 13 - Slide

KA 29: uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme
Leg uit wat het kenmerkend aspect betekent :
Bijvoorbeeld:
Persoon: 
Begrip: 
Gebeurtenis: 

Slide 14 - Slide

Twee gegevens:
1) In 1630 veroverde de Nederlandse West-Indische Compagnie (WIC) de stad Recife in Brazilië.
Rondom de stad lagen veel suikerplantages.
2) In 1637 veroverde de WIC het fort Elmina aan de kust van het huidige Ghana.

Leg uit dat de verovering van Recife de inname van Elmina wenselijk maakte.

Slide 15 - Open question

Lees de bron:
Over Samuel Sewall kun je, zeggen dat hij
verlichte ideeën heeft op politiek gebied.
Toon dit aan en geef aan welk verband er
bestond tussen een ideaal van de Verlichting
en het abolitionisme.

Slide 16 - Open question

Gebruik bron 3. Stel: je doet onderzoek naar 'de uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën, en de opkomst van het abolitionisme'. Je concludeert dat je met de taak van Reichard een onderdeel van je onderzoek wél kunt illustreren en een ander onderdeel niet. Leg beide delen van je conclusie uit.

Slide 17 - Open question

Verdieping
De Nederlandse slavenhandel. Afgeschaft op 1 juli 1863. 
Nederland heeft eeuwenlang slaven vanuit Afrika verscheept naar Zuid-Amerika om daar te werken op plantages. De slavernij werd officieel afgeschaft op 1 juli 1863, maar ook daarna blijft de slavernij op sommige plekken nog jaren in stand.




Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video