3H - 407

Zoek je plek 
Pak je
spullen
Lees in je 
leesboek
Deze les:
- Lezen
Uitleg 4.3:
- Welke factoren hebben invloed bij een noodstop?
- Welke krachten komen er kijken bij een noodstop?
- Welke veiligheidsmaatregelen zijn er bij een auto?
Aan de slag:
- Opdracht 31 t/m 34
Afsluiten


5 min 



15 min




15 min
5 min




1 / 20
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Zoek je plek 
Pak je
spullen
Lees in je 
leesboek
Deze les:
- Lezen
Uitleg 4.3:
- Welke factoren hebben invloed bij een noodstop?
- Welke krachten komen er kijken bij een noodstop?
- Welke veiligheidsmaatregelen zijn er bij een auto?
Aan de slag:
- Opdracht 31 t/m 34
Afsluiten


5 min 



15 min




15 min
5 min




Slide 1 - Slide

Lezen
timer
5:00

Slide 2 - Slide

Noodstop
Hoe snel je stil kan staan is van veel verschillende dingen afhankelijk.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Noodstop
Twee factoren die invloed hebben op hoe snel je stil kan staan.
De bestuurder, bijv:
- opletten/afleiding
- alcohol
- medicijnen
- slechte ogen
De omgeving, bijv:
- gladheid van de weg
- banden van de auto
- mist

Slide 5 - Slide

Noodstop
- Reactietijd
- Reactieafstand
- Remweg
Reactieafstand + Remweg = Stopafstand

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Botskracht
Botskracht is de kracht die de auto afremt bij een botsing, door de kreukelzone in te drukken.

Slide 12 - Slide

Stopkracht
Stopkracht is de kracht die de passagiers tot stilstand brengt.

Slide 13 - Slide

Stopkracht
Veiligheidsmaatregelen in de auto hebben als doel de stopafstand te vergroten en op die manier de stopkracht te verkleinen.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Werk aan:


  • Je werkt samen met degene naast wie je zit.
  • Als de timer voorbij is bespreken we de eerste set opdrachten.
Maak 38
Maak 31 t/m 34
timer
10:00

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

 32) Aan 𝑊 = 𝐹 ∙ 𝑠 is te zien dat bij een grotere stopafstand (s) en een even grote arbeid (W) de botskracht (F) kleiner zal zijn. 
33) Bijvoorbeeld:
- De kreukelzone vergroot de stopafstand.
- Gordel zorgt dat je niet tegen de voorruit aan klapt.
- Airbag zorgt dat je niet tegen de voorruit aan klapt.
- Hoofdsteun zorgt dat je nek niet naar achter klapt.

Slide 18 - Slide

34
a    Een bestuurder die is afgeleid, zal minder snel reageren. 
       Hier hoort grafiek c bij.
b    Op een glad wegdek hebben de banden minder grip en dus zal     
       remvertraging kleiner zijn. Hier hoort grafiek b bij.
c    Hele goede remmen zorgen voor een grotere remvertraging. Hier hoort
       grafiek d bij.
d    Langzaam rijden zorgt ervoor dat de snelheid aan het begin van het
      remmen lager is. Hier hoort grafiek a bij.

Slide 19 - Slide

Volgende keer:
Start 4.4
Kracht en snelheidsverandering

Huiswerk:
Opdracht 38

Slide 20 - Slide