Communicatie - Hoofdstuk 17 (deel 3) + start H18

Communicatie
1 / 27
next
Slide 1: Slide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Communicatie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
1. Terugblik H17 door middel van vragen
2. Instructie H17 deel 3
3. Opdracht
4. Instructie H18 deel 1
5. Zelfstandig werken

Les van volgende week: powerpoint met opname!

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Planning komende weken
Woensdag 10 februari: H17 afmaken en starten H18
Dinsdag 16 februari: vervalt - powerpoint met opname volgt - vragen kunnen gestelt worden op vrijdag 19 februari 10.15 - 11.15
Woensdag 3 maart: laatste vragen stellen en herhaling

Donderdag 4 maart: toets om 12.00 (online!)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen H17
Aan het einde van de les
  • Weet je wat een groep is
  • Weet je welke groepskenmerken er zijn en kan je deze uitleggen
  • Kan je het belang van groepslidmaatschap uitleggen
  • Weet je welke soorten groepen er bestaan

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Welke twee voorwaarden waren er voordat een groep een groep genoemd kan worden?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Groepskenmerken
1. Groepsdoel
2. Groepsinteractie
3. Machtsstructuur
4. Groepsnormen
5. Groepsrollen 

Slide 6 - Slide

Vragen: Wat laat ik van mezelf zien?
Wat waardeer ik in mezelf? En wat niet?
Wat vind ik belangrijk? En wat niet?
Wat vind ik moeilijk en wat vind ik gemakkelijk bij het geven van ondersteuning aan cliënten?
Schrijven: Opschrijven maakt je bewust van wat je ervaart, wat je vindt en wat je raakt. Je krijgt helder waar je precies moeite mee hebt of wat je gemakkelijk afgaat.
Gedrag vergelijken: geen waardeoordeel maar meer kennis over hoe situaties behandeld kunnen worden
Ongevraagde feedback: je kunt het naast je neerleggen, zegt soms wat over de ander, zegt soms wat over jou.
Spelvorm: bijvoorbeeld 'kletspot' of andere gespreksstarters

Iedere groep bestaat uit 5 dezelfde kenmerken, om welk kenmerk gaat onderstaande omschrijving:

Je communiceert voortdurend met elkaar, zowel verbaal als non-verbaal. Groepsleden beïnvloeden elkaar voortdurend.
A
Groepsnormen
B
Groepsdoelen
C
Groepsinteractie
D
Machtstructuur

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions


Wanneer jij je aanpast aan de heersende groepsnormen,
heet dit:
A
Volger
B
Conformeren
C
Schaap

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Welk begrip hoort bij de volgende situatie:

'Tijdens elke groepssessie valt het op dat Michiel niets zegt. Als jij een onderwerp inbrengt, verwacht je dat Michiel niets zal inbrengen.'
A
Verwachtingspatroon
B
Groepsrol
C
Bevooroordeeld

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions


Primaire groep:



- Persoonlijke en intieme relaties
- Afstand is klein (intieme zone)
- Spontaan gedrag, hechte band
- Voorbeelden: gezin, familie. 

Secundaire groep:


- Het doel/ uit te voeren taak staat centraal
- Formele omgangswijzen
- Groepslid telt om wat hij kan, niet hoe hij is
- Sociale afstand groter
- Voorbeelden: klassen, teams, werkafdeling etc.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions


Formele groep: 

- Zaken liggen op papier vast (wat wil je bereiken, waarom bestaat deze groep en welke afspraken zijn er)
- Richtlijnen over hoe te handelen en hoe er besluiten worden genomen. 
- Verwachtings (geschreven/ ongeschreven norm) is dat ieder groepslid op de hoogte is van de afspraken, functie etc. 

Formele groepen zijn dus georganiseerde groepen. 

Informele groep:

- Geen grote organisatie in taken, opdrachten, doelen etc.
- Er zijn regels, maar vaak ongeschreven regels die zijn ontstaan binnen de groep
- Voorbeeld is je vriendengroep. 



Let op:
Binnen de MZ vindt je zowel formele groepen als informele groepen door elkaar heen. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions


Homogene groep:

- Meerdere aspecten van de samenstelling zijn hetzelfde (problematiek, afkomst, leeftijd, geslacht, normen/ waarden, doelen





Heterogene groep:

- De aspecten van de samenstelling verschillen veel van elkaar. 




Let op:
Een groep is vaak zowel homogeen als heterogeen, kijk bijv. naar je eigen klassensamenstelling. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions


In group:

- Wij gevoel 
- Onderlinge samenhang en verbondenheid wat je met elkaar hebt (groepscohesie). 
- Mensen die bij het 'wij- gevoel' horen, vallen in de in- group. 
- In een klas kan je bijv. een in- en outgroup hebben. 
- In group kan versterkt worden door bijv. uiterlijke kenmerken, gedrag of een houding





Out group:

- Geen wij gevoel
- Geen onderlinge samenhang en verbondenheid, cohesie ontbreekt

Slide 14 - Slide

This item has no instructions


Open groep:

- Toelaten van mensen en invloeden
- Motto 'Hoe meer zielen, hoe meer vreugd!'
- Voorbeelden: groepen op facebook (semi open), scholen etc. 





Gesloten groep:

- Van te voren is afgesproken wanneer er bijv. een bijeenkomst plaatsvindt. 
- Na de start is het niet mogelijk om deel te nemen
- Vaak moet er een aanmelding plaatsvinden, vol = vaak vol.


Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
1. De 0MZ4B is een primaire/ secundaire groep omdat..

2. Daarnaast is de 0MZ4B een formele en/ of informele groep, dat is zichtbaar in het volgende ... 

3. De 0MZ4B heeft kenmerken van een homogene en heterogene groep. Wij hebben de volgende homogene kenmerken .... en de volgende heterogene kenmerken ..... 

4. Door het 'corona onderwijs' is er duidelijk sprake van een in- en out group. Dat is zichtbaar in het volgende ...... 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Vragen over H17?

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Lesdoelen H18
Aan het einde van de les
  • Weet je wat er nodig is om een groep te laten functioneren
  • Ken je de fasen van de groepsontwikkeling

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

timer
1:00
Wanneer functioneert een groep goed?

Slide 19 - Mind map

This item has no instructions

Begeleiden van groepen 
Een groep functioneert op zijn best als:

- Er een duidelijke structuur is (iedereen voelt zich hierin prettig)
- Iedereen achter de doelstellingen staat
-  Groepsleden zijn het eens met de regels voor het gedrag (informeel en formeel)
- Accepteert iedereen individuele verschillen
- Iedereen kan zich vinden in de rol- en invloedverdeling
- Er open communicatie is
- Er sprake is van onderling vertrouwen
- De hulpverleners en groepsleden goed op elkaar afgestemd zijn

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Groepsprocessen en ontwikkeling
Groepsproces= een groep verandert in de loop van de tijd. 
Fasen Tuckman:
  • Vormfase
  • Stormfase
  • Normfase
  • Prestatiefase
  • Afscheidsfase 

Zie blz. 249 voor de begeleidingsaspecten.

Slide 21 - Slide

Korte uitleg wat er in de fasen gebeurd, daarna het filmpje met 3 vragen. 
3

Slide 22 - Video

This item has no instructions

Vragen over H18?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

00:25
Beschrijf in je eigen woorden wat de Vormfase inhoudt.

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

00:48
Wat is belangrijk als begeleider wanneer de groep zich in de stormfase bevindt?

Slide 25 - Open question

Wel wat meer een toelichting geven!
01:14
Wat staat er centraal in de normfase?
A
De groepsnormen
B
Wie de zondebok is
C
De verhoudingen in de groep
D
De taak

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Huiswerk
- Digitale leeromgeving H8.17: alle opdrachten
- Digitale leeromgeving H8.18: opdracht 1a t/m 2e

Slide 27 - Slide

This item has no instructions