Mobiliseren en positioneren

Competentie m.b.t. mobiliseren en positioneren 
1 / 43
next
Slide 1: Slide
VerzorgingSecundair onderwijs

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

Competentie m.b.t. mobiliseren en positioneren 

Slide 1 - Slide

Ergonomisch werken

Slide 2 - Mind map

Het woord ergonomie is afkomstig van het Griekse ergon (ergon: werk) en nomoz (nomos: wetten). Letterlijk betekent het "wat wettelijk is op werkgebied", hoe het zou moeten zijn.

Slide 3 - Slide

Welke lichaamsdelen worden het zwaarst op de proef getild?

Slide 4 - Mind map

Rug-nek-armen-schouders

Slide 5 - Slide

8.2  Preventieve maatregelen zorgverlener
Heffen en tillen is een belangrijk deel van ons beroep.

Slide 6 - Slide

Basishoudingen- tiltechnieken 
1. De bankhouding

- zorg voor een rechte rug
- hou de voeten in spreidstand op schouderbreedte
- ga door de knieën
- kijk recht vooruit

Slide 7 - Slide

2 De rappèl 
- Zorg voor een rechte rug
- Vertrek vanuit bankhouding
- Breng je bovenlichaam achteruit
- je voelt hoe de persoon - loskomt uit zijn positie
- ondersteun waar nodig 

Slide 8 - Slide

Waarmee houden we rekening bij het tillen en verplaatsen? 
  1. neem een stabiele houding aan, bv. voeten iets uit elkaar 
  2.  zak door de knieën
  3.  buig niet voorover
  4. houd je rug recht en draai wervelkolom niet
  5. til vanuit je benen, kom langzaam omhoog
  6. hou de afstand zo kort mogelijk 

Slide 9 - Slide

Durf hulp vragen! 
Maak goede afspraken om gelijktijdig te tillen en te verplaatsen. 
Zorg dat er voldoende ruimte is om de techniek uit te voeren. 

Slide 10 - Slide

Rappèl
Bankhouding

Slide 11 - Drag question

Wanneer gebruiken we welk hulpmiddel? 
Ons lichaam heeft energie nodig om te functioneren. Daarvoor hebben we een soort 'brandstof' nodig, namelijk ons dagelijkse voeding, zoals brood, melk, vlees, groenten en aardappelen.
Ons dagelijkse voedsel is echter niet meteen geschikt om als energie te gebruiken. Het lichaam moet er eerst iets mee doen. Door het kauwen en het speeksel in je mond kunnen de voedingsstoffen stilaan vrijkomen.
De voedingsstoffen worden in het spijsverteringsstelsel kleiner gemaakt en via het bloed naar de lichaamscellen vervoerd.
In de lichaamscellen worden de voedingsstoffen verder afgebroken en verwerkt (o.a. verbrand). Zo ontstaan er 'bouwstoffen' (om ons lichaam in orde te houden) en 'energie' (waardoor we kunnen werken).
Door voeding krijg je dus energie. Door arbeid te leveren (bewegen, denken, het lichaam op temperatuur te houden, bloed rond te pompen...) verlies je energie.  

Slide 12 - Drag question

9. Hulp bij het geven van een goede houding en beweging. 

Slide 13 - Slide

Installeren van de zorgvrager in bed

Slide 14 - Slide

Hoe installeer je de zorgvrager comfortabel?

Slide 15 - Mind map

Tillen en verplaatsen 
We houden rekening met onze zorgvrager: 

- Wat kan en mag de zorgvrager nog zelf doen?
- Waarbij kan de zorgvrager helpen?
- Wat is het pathologie (= ziektebeeld) van de zorgvrager?
- Welke mobiliteit heeft de zorgvrager? 

Slide 16 - Slide

We houden rekening met onze omgeving:

- Is er voldoende ruimte?
- Zijn er hulpmiddelen?
Welke techniek gebruiken we?
Welke afspraken maken we?

Slide 17 - Slide

We houden rekening met de veiligheid en comfort van de zorgvrager. 

Slide 18 - Slide

9.3 Transport van de zorgvrager 
Hygiënische verzorging. 

Drie hulpmiddelen 

Slide 19 - Slide

Bij het baden herkennen we 3 soorten til-en verplaatsingshulpmiddelen. Welke?

Slide 20 - Open question

Badstoel 
Badligstoel 

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Link

De hangmat 

Slide 23 - Slide

Wanneer gebruiken we welk hulpmiddel? 
Ons lichaam heeft energie nodig om te functioneren. Daarvoor hebben we een soort 'brandstof' nodig, namelijk ons dagelijkse voeding, zoals brood, melk, vlees, groenten en aardappelen.
Ons dagelijkse voedsel is echter niet meteen geschikt om als energie te gebruiken. Het lichaam moet er eerst iets mee doen. Door het kauwen en het speeksel in je mond kunnen de voedingsstoffen stilaan vrijkomen.
De voedingsstoffen worden in het spijsverteringsstelsel kleiner gemaakt en via het bloed naar de lichaamscellen vervoerd.
In de lichaamscellen worden de voedingsstoffen verder afgebroken en verwerkt (o.a. verbrand). Zo ontstaan er 'bouwstoffen' (om ons lichaam in orde te houden) en 'energie' (waardoor we kunnen werken).
Door voeding krijg je dus energie. Door arbeid te leveren (bewegen, denken, het lichaam op temperatuur te houden, bloed rond te pompen...) verlies je energie.  

Slide 24 - Drag question

Slide 25 - Video

Badstoel 
Badligstoel 
Hangmat
De zorgvrager kan zelf geen plaats nemen of moet uit bed worden getild. 

Slide 26 - Drag question

Badstoel 
Badligstoel 
Hangmat
De zorgvrager kan zelfstandig zitten. 

Slide 27 - Drag question

Badstoel 
Badligstoel 
Hangmat
De zorgvrager kan zich niet meer vasthouden. 

Slide 28 - Drag question

Badstoel 
Badligstoel 
Hangmat
De zorgvrager kan plaatsnemen op een stoel en "ligt" graag in  bad.

Slide 29 - Drag question

Badstoel 
Badligstoel 
Hangmat
De zorgvrager heeft problemen met omhoogtillen van de benen. 

Slide 30 - Drag question

Aandachtspunten
- let op dat je nergens stoot met de wielen
- let op voor afkoeling, werk vlot en doordacht
- verwittig de bewoner wanneer je de tillift gaat gebruiken
- blijf steeds bij de zorgvrager
- vertel de zorgvrager wat je gaat doen
- hou oogcontact met zorgvrager
- heb respect voor hun manier van baden 

Slide 31 - Slide

Positioneren van de zorgvrager 


Positioneren van de zorgvrager 

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

Slide 34 - Video

De zorgvrager kan nog steunen op de benen.

Actieve tillift
Passieve tillift

Slide 35 - Poll

Verschil: 
Bij een actieve tillift moet de zorgvrager mee helpen. 

Bij een passieve tillift neemt de verzorgende alles over. 

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Hoe werkt de glijmat? 
Glijmat onder het steeklaken plaatsen zodat het steeklaken glijdt ten opzichte van het onderlaken. 

Zo kan een bedlegere zorgvrager gemakkelijk gepositioneerd worden in bed. 

Deze techniek voer je altijd met twee uit. 

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Video

De zorgvrager stimuleren tot beweging

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Video

Deze hulpmiddelen verhogen de mobiliteit 
Wandelstok - rollator - mobiele wandelstok

- Wanneer de zorgvrager nog zelfstandig is
- Wanneer er alleen een hulpmiddel nodig is
- De zorgvrager heeft nog voldoende mobiliteit

Slide 42 - Slide

Als de zorgvrager niet meer mobiel is

Slide 43 - Slide