week 1

Gerund or infinitive (uxfdt)
1 / 24
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Gerund or infinitive (uxfdt)

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Gerund
a Als onderwerp:   Swimming is fun
b Na voorzetsels (about, in, off, at, of, without, by, before):
   He left without paying
c Na bepaalde uitdrukkingen (it's no use, it's no good, can't help, can’t stand)
   It's no use arguing
d Na de werkwoorden:  give up, go on, mind, fancy, finish, quit, suggest.  
    I suggested going to the seaside

Slide 3 - Slide

Je gebruikt de gerund ook na werkwoorden zoals like, hate, enjoy, love, remember, prefer, start, continue, keep, begin en stop wanneer het gaat over iets wat iemand vaak (of niet langer meer) doet:
I like swimming.
Harriet enjoys reading.
We don't prefer kayaking over canoeing.

Slide 4 - Slide

to-infinitive
In alle andere gevallen gebruik je een zogeheten infinitief (to + hele werkwoord) na de genoemde werkwoorden like, hate, enjoy, love, remember, prefer, start, continue, keep, begin en stop:
I would love to swim.
He hates to tell you it won't happen.

Slide 5 - Slide

Na remember
Als je na het werkwoord remember een gerund gebruikt, verwijs je naar het verleden. Gebruik je een infinitive, dan moet het nog gebeuren.
Remember fishing on the lake, those were good times!
Remember to walk the dog when you get home.






  I clearly remember telling him this. 
Ik herinner me nog duidelijk dat ik hem dit heb verteld.
 I must remember to phone him. 
Ik moet niet vergeten hem nog bellen.

Slide 6 - Slide

She delayed ...
(get) out of bed.
A
to get
B
getting

Slide 7 - Quiz

I offered ... (help).
A
to help
B
helping

Slide 8 - Quiz

I miss ... (go) to the beach.
A
to go
B
going

Slide 9 - Quiz

I'd hate ... (arrive) too late.
A
to arrive
B
arriving

Slide 10 - Quiz

I chose ... (work) here.
A
to work
B
working

Slide 11 - Quiz

A Gerund is...
A
I'm afraid smoking isn't allowed.
B
I love smoking outside.
C
I was smoking a cigarette.
D
That girl is smoking hot!

Slide 12 - Quiz

This is going to be
A
easy
B
not so easy
C
not too difficult
D
difficult

Slide 13 - Quiz

Bij welke werkwoorden moet je opletten? Noem er minimaal 3

Slide 14 - Open question

oefensites
Hierna volgen veel oefeningen op verschillende websites.
Kies zelf hoeveel je er maakt. Als je veel fouten maakt is het verstandig meer te oefenen !

Op slide 22 & 23 nog een keer de uitleg van het boek over dit onderwerp, op slide 24 je opdrachten uit je boek die je deze week moet maken

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

Slide 17 - Link

Slide 18 - Link

Slide 19 - Link

Slide 20 - Link

Slide 21 - Link

Er kan wel verschil in betekenis zijn!! ( zie slide 4)

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Werk in je boek
opdracht 6,7 & 32
nakijkboekje in teams ( theme 3)

Slide 24 - Slide