H3.4 Nog meer bankzaken? (2 lessen)

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

3.4 Nog meer bankzaken?

Leerdoelen van deze les:

• Je kunt uitleggen wat de rol van banken is in ons geldverkeer
• Je kunt de voor- en nadelen noemen van beleggen vergeleken met sparen 
• Wat vreemde valuta's zijn

Banken bemiddelen tussen het aanbod en de vraag naar geld

3.4 Nog meer bankzaken? (deel 1)

3.4 Nog meer bankzaken? (deel 1)

Geldkringloop

3.4 Nog meer bankzaken?

Als je je geld niet uitgeeft, kun je:

• sparen
• weinig risico, lage rente
• beleggen
• hoger risico, meer kans op hoger rendement

3.4 Nog meer bankzaken?

Beleggen

• je steekt je geld in iets waarvan je verwacht dat het geld opbrengt
• je wordt eigenaar van een deel van het bedrijf
• je loopt het risico dat je belegging minder waard wordt

3.4 Nog meer bankzaken? (deel 1)

Beleggen, hoe verdien je ermee?

• Gaat het goed met het bedrijf -> waarde van je aandelen stijgt

• Gaat het minder goed met het bedrijf -> waarde van je aandelen daalt

Maken opgave 4 blz. 83

Klaar: Maken 1 t/m 7

Resultaat: Je weet hoe je koersgrafiek moet aflezen

Afmaken opgave 1 t/m 7

Klaar: Ga verder met 8 + 9 + 10

3.4 Nog meer bankzaken?

Leerdoelen van deze les:

• Hoe je wisselkoers gebruikt
• Hoe je euro's naar vreemd geld omrekent en andersom

3.4 Nog meer bankzaken?

• Vreemde valuta
  
• -> vreemd geld

• Wisselkoers
• -> Geeft de verhouding tussen de euro en vreemde valuta aan

Vreemde Valuta

Wisselkoers: verhouding tussen € en de vreemde valuta

Twee koersen: aankoop en verkoop 

Met een bedrag in euro's vreemd geld kopen

Bedrag vreemd geld = bedrag in euro's x aankoopkoers

• € 100 x 6,54 = 654 Deense kronen

Vreemd geld kopen en verkopen

Wisselkoers van 1 Euro :

• U koopt vreemd geld : 0,79 
• U verkoopt vreemd geld : 0,81

Je gaat naar Londen en wilt Euro's omwisselen voor 79 Pond.

Jij koopt vreemd geld!

79 britse pond : 0,79  = €100

Aankoop

Verkoop

Je komt terug uit Londen en wilt 79 Pond omwisselen voor Euro's.

Jij verkoopt vreemd geld!

79 britse pond  :  0,81 =  € 97,53

Maken opgave 8 blz. 84

Klaar: Maken 9 + 10 + Rekenen 15 + 16 (blz. 93)

Resultaat: Je weet hoe je met wisselkoers moet rekenen

Afmaken opgave 8 t/m 10

Klaar:  Rekenen 15 + 16 (blz. 93)

Huiswerk = 3.4 + Rekenen 4 t/m 9 + 15 + 16 blz. 92.

Wat is géén leenmotief?

1. Tijdelijk geldtekort
2. Onverwacht geldtekort
3. Voor de rente
4. Voor een huis

Wat zijn kredietkosten?

1. Het bedrag dat je hebt geleend
2. rente
3. rente + aflossing
4. alles wat je meer terugbetaalt dan je hebt geleend

wat is geen consumptief krediet

1. salariskrediet
2. hypothecaire lening
3. persoonlijke lening
4. doorlopend krediet

Wat is kopen op afbetaling?

1. Als je onderhandelt en het product goedkoper krijgt.
2. Je krijgt het product nu zonder te betalen. Je betaalt later met rente.
3. Je mag betalen als het jou uitkomt

Wat hoort NIET bij beleggen?

1. Je hebt de kans dat beleggen meer oplevert dan sparen
2. Je kunt je geld nooit helemaal kwijt raken
3. Je loopt meer risico dan bij sparen
4. Bij aandelen aankoop wordt je mede-eigenaar van dat bedrijf

Wat zijn vreemde valuta?

1. Buitenlands geld
2. Wisselkoers
3. Provisiekosten
4. Euro's

Als de wisselkoers van de € stijgt,
dan ...

1. wordt de € duurder
2. dan wordt de € goedkoper