het bijvoeglijk naamwoord

Bijvoeglijk naamwoord
1 / 16
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Bijvoeglijk naamwoord

Slide 1 - Slide

Welke Franse bijvoeglijke
naamwoorden ken ik al?

Slide 2 - Mind map

het bijvoeglijk naamwoord
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Wat zijn de regels van de regelmatige vormen?

Slide 3 - Slide

Choisi le bon adjectif:

Le sac à dos est .......
A
grand
B
grande
C
grands

Slide 4 - Quiz

Choisis le bon adjectif:

C'est une fête .......
A
génial
B
géniale
C
géniales

Slide 5 - Quiz

Choisis le bon adjectif:

Mélanie et Iris sont ....... en maths.
A
fort
B
forte
C
forts
D
fortes

Slide 6 - Quiz

Choisis le bon adjectif:

Mes copains sont ....
A
intelligent
B
intelligente
C
intelligents
D
intelligentes

Slide 7 - Quiz

Het bijvoeglijk naamwoord
MAAR:
Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op een –e? Wat gebeurt er dan bij vrouwelijke woorden enkelvoud?


Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op een –s? Wat gebeurt er dan bij mannelijke woorden meervoud?


Slide 8 - Slide

Écris la bonne forme de l'adjectif:

il est jeune - elle est .......

Slide 9 - Open question

Écris la bonne forme de l'adjectif:
mon copaine russe - mes copines .......

Slide 10 - Open question

het bijvoeglijk naamwoord
UITZONDERING
De volgende woorden krijgen geen extra –e bij vrouwelijk enkelvoud. Deze woorden veranderen helemaal.



Slide 11 - Slide

Traduis:
Sa jupe est ........ (nieuw)

Slide 12 - Open question

Traduis:
sa soeur est ........ (mooi)

Slide 13 - Open question

Traduis::
les portables sont ........ (nieuw)

Slide 14 - Open question

Traduis:
ma grand-mère est ........ (oud)

Slide 15 - Open question

Ik heb het idee dat ik dit onderwerp wel begrijp
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll