1A M&M 1.3 en 1.4

Plein-M 1A
Hoofdstuk 1.3 en 1.4
1 / 14
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Plein-M 1A
Hoofdstuk 1.3 en 1.4

Slide 1 - Slide

Juist
Onjuist
Levensomstandigheden is een ander woord voor welvaart
In Zuid Amerika  zijn de levensomstandigheden beter dan in Europa
Bij ontwikkelingslanden zijn de basisbehoeften niet in orde
Ontwikkelingslanden hebben voldoende welvaart

Slide 2 - Drag question

Levensomstandigheden
Welvaart
Basisbehoeften
Ontwikkelingslanden
Geen onderwijs
Hulp nodig bij ontwikkeling
Rijkdom
Voedsel en water

Slide 3 - Drag question

Welk begrip hoort er niet tussen?
A
Onderwijs
B
Kleding
C
Medische zorg
D
Armoede

Slide 4 - Quiz

Waarom was er niet zoveel verschil tussen rijk en arm bij de eerste mensen?

Slide 5 - Open question

Wat zijn basisbehoeften?
Noem 3 dingen

Slide 6 - Open question

Wanneer kan je zeggen dat je arm bent?

Slide 7 - Open question

In welke groep van de beroepsbevolking werken de mensen op de afbeelding?
A
diensten
B
industrie
C
landbouw

Slide 8 - Quiz

In welke groep van de beroepsbevolking werken de mensen op de afbeelding?
A
diensten
B
industrie
C
landbouw

Slide 9 - Quiz

In welke groep van beroepsbevolking werken de mensen op de afbeelding?
A
diensten
B
industrie
C
landbouw

Slide 10 - Quiz

Wat is een krottenwijk?
En zou je in Nederland ook een krottenwijk kunnen aantreffen?

Slide 11 - Open question

Wat betekend BNP
A
Brutale Nationele Producten
B
Bruto Nationaal Product
C
Bruto Nederlandse Producten
D
Brutale Nederlandse Producenten

Slide 12 - Quiz

Vul de antwoorden in op de plekken van de cijfers:

In arme ontwikkelingslanden werken veel mensen in de ....1.....
In de rijke, ontwikkelde landen werken veel mensen in de ....2..... Hoe armer een land, hoe .....3.... mensen er in de landbouw werken. Met de drie groepen van de beroepsbevolking kun je de .....4.... van een land meten.

Slide 13 - Open question

Vul de antwoorden in op de plekken van de cijfers:
( kies uit Koplopers, volgers en achterblijvers )

De ontwikkelde landen noemen we ook wel ...1.......
Ontwikkelingslanden die op weg zijn rijker worden heten de ....2....
De armste landen van de wereld worden ..3..... genoemd

Slide 14 - Open question