Linking words '25

Linking words
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Linking words

Slide 1 - Slide

Wat zijn het? 
Linking words helpen je om een tekst/zin te begrijpen.
Linking words helpen je om goede Engelse zinnen te schrijven
Linking words zijn dus belangrijk!!

We gaan de betekenis leren & het gebruik oefenen

Slide 2 - Slide

Linking words
Woorden die twee zinnen of zinsdelen met elkaar verbinden

Example
I am going home. I am going to eat pizza.
I am going home and I am going to eat pizza.

Slide 3 - Slide

Verschillende soorten
Toevoeging:
-and 
-also 
-too
-en 
-ook

Slide 4 - Slide

Verschillende soorten
Tegenstelling
- but 
-however 
-although
-maar 
-ook al

Slide 5 - Slide

Verschillende soorten
Oorzaak/Gevolg
-because 
-since 
-so
-omdat 
-aangezien 
-dus 

Slide 6 - Slide

Verschillende soorten
Voorbeelden geven: 
-such 
-as 
-for example
-zoals
 -bijvoorbeeld

Slide 7 - Slide

Verschillende soorten
Opsomming: 
-first, 
-second, 
-next
-Ten eerste, tweede, vervolgens

Slide 8 - Slide

Verschillende soorten
Verduidelijken:
 -clearly 
-obviously
-in fact

overduidelijk, logisch gezien, in feite

Slide 9 - Slide

Linking Words

Slide 10 - Slide

Which linking word belongs to which category?
voorbeeld
opsomming
oorzaak/gevolg
tegenstelling
because
however
first
such as

Slide 11 - Drag question

Drag the linking word to the correct function
Opsomming
tegenstelling
oorzaak/gevolg
moreover
meanwhile
furthermore
however
therefore
so

Slide 12 - Drag question

Which linking word belongs to which category?
vergelijking
tijd
gevolg/conclusie
tegenstelling
as a result
however
until
such as

Slide 13 - Drag question

He has a big car and he likes to drive around a lot
A
reden
B
opsomming
C
resultaat
D
tegengestelde

Slide 14 - Quiz

I like football as well as volleyball
A
opsomming
B
reden
C
resultaat
D
tegengestelde

Slide 15 - Quiz

Which linking word belongs to which category?
voorbeeld
samenvatting
oorzaak/gevolg
tegenstelling
toevoeging (addition)
moreover
however
thus
for instance
since

Slide 16 - Drag question

Welke van de volgende 'linking words' geeft een reden aan?
A
until
B
because
C
before
D
but

Slide 17 - Quiz

Welke van de volgende 'linking words' geeft een tegenargument aan?
A
so
B
because
C
and
D
but

Slide 18 - Quiz


Welke is geen tegenstelling?
A
but
B
instead
C
as a result
D
whereas

Slide 19 - Quiz

Welk linking word gebruik je om een volgorde aan te geven?
A
moreover
B
lastly
C
for instance
D
instead

Slide 20 - Quiz

Welke 'linking words' gebruik je om een voorbeeld te geven?
A
However
B
For example
C
Next
D
Such as

Slide 21 - Quiz

Welk linking word gebruik je om een gevolg/conclusie aan te geven?
A
so
B
such as
C
even so
D
yet

Slide 22 - Quiz

Welke van de volgende 'linking words' geeft een reden aan?
A
so
B
because
C
and
D
but

Slide 23 - Quiz