Tip 2: overzicht tijdens het so/proefwerk. Als je op het so/proefwerk de persoonsvorm onderstreept, maak je het voor jezelf overzichtelijk waar de ontkenning moet komen te staan.
Slide 14 - Slide
Maak de volgende zin ontkennend.
Nous sommes au collège.
Slide 15 - Open question
Maak de volgende zin ontkennend.
On travaille bien.
Slide 16 - Open question
Maak de volgende zin ontkennend.
Le prof parle anglais.
Slide 17 - Open question
Maak de volgende zin ontkennend.
Il oublie son agenda.
Slide 18 - Open question
Wat kunnen jullie op het proefwerk verwachten? (1)
Opdracht 1: écouter
- Lees de stellingen en luister naar het fragment. Zijn de stellingen vrai of faux?
- Luister naar de getallen die worden uitgesproken en schrijf ze op.
Opdracht 2: vocabulaire, grammaire
- Zet de werkwoorden tussen haakjes in de présent (tegenwoordige tijd) - Vertaal de bovenstaande zinnen. - Geef antwoord op de vragen en gebruik hiervoor de ontkenning.
Slide 19 - Slide
Wat kunnen jullie op het proefwerk verwachten? (2)
Opdracht 3: phrases clés - Vertaal de zinnen in het Frans.
Opdracht 4: lire
- Welke stelling hoort bij wie? Schrijf de naam op. - Raad de betekenis van de onderstreepte woorden uit de tekst. Ze lijken op het Nederlands of het Engels. - Vul de 'gaten' in het verhaal in het Nederlands verder in.
Slide 20 - Slide
Zijn er nog vragen?
Dit is de laatste kans om ze te stellen!
Slide 21 - Slide
Les devoirs
Komende les: - Proefwerk chapitre 2
Apprendre (leren): - voca A, B, E & F (Frans-Nederlands & Nederlands-Frans) - phrases clés C & G (Nederlands-Frans) - grammaire D (regelmatige werkwoorden op -er vervoegen) - grammaire H (de ontkenning)