Modernisme, overzicht stijlen PNC

Kunststromingen
Romantiek
Realisme
Symbolisme
1775
1880
Jugendstil,
Art Nouveau
1850
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Middelbare school

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Kunststromingen
Romantiek
Realisme
Symbolisme
1775
1880
Jugendstil,
Art Nouveau
1850

Slide 1 - Slide

Kunststromingen
Impressionisme
Expressionisme
Kubisme
Futurisme
1880
1910
Pointillisme
Impressionisme
1905

Slide 2 - Slide

Kunststromingen
De Stijl
Surrealisme
Suprematisme en Constructivisme
Dadaïsme
1915
1920

Slide 3 - Slide

Romantiek
Eind 18 eeuw
Reactie op het rationalisme.  Onderwerpen uit de nationale geschiedenis. Het laten zien van de grootsheid van de natuur. Ook exotische figuren, sprookjes, dromen en onbereikbare idealen. Samenhang tonen tussen natuur, mens en het goddelijke.

Slide 4 - Slide

Symbolisme
Begin 20e eeuw
Voorstelling van droombeelden, gebruik van symbolen, mysterie en geheimzinnigheid.
Subjectieve i.p.v. objectieve benadering, emotie boven verstand.


Slide 5 - Slide

Jugendstil, Art Nouveau
Eind 19e - begin 20e eeuw
Vooral een decoratieve stijl. Motieven geïnspireerd op planten en bloemen. Organische vormen, gebogen lijnen. Architectuur, meubels, interieur, sieraden en grafiek.
Met de hand gemaakte producten.

Slide 6 - Slide

Realisme
Halverwege 19e eeuw
Landschappen en het dagelijkse harde bestaan van gewone mensen.
Weergave van de realiteit.
Uitvinding van de tube verf waardoor schilders in de natuur konden gaan schilderen.

Slide 7 - Slide

Impressionisme
Eind 19e eeuw
Snelle schetsmatige schildertechniek. Vangen van het moment in licht en kleur. Buiten schilderen. Losse verftoetsen.

Slide 8 - Slide

Pointillisme
Eind 19e eeuw
Schilderen met ongemengde kleuren. Naast elkaar in stippen gezet, het oog mengt het tot kleurvlakken.

Slide 9 - Slide

Kubisme
Begin 20e eeuw
Voorstelling vereenvoudigd tot geometrische en hoekige vormen. Meerdere aanzichten in één beeld. 

Slide 10 - Slide

Expressionisme
Begin 20e eeuw
Geen natuurgetrouwe weergave, maar een vereenvoudigde of gedeformeerde werkelijkheid. Sprekende en felle kleuren. Laten zien wat je voelt ipv wat je ziet.

Slide 11 - Slide

Futurisme
Begin 20e eeuw
Verbeelden van de snelheid en dynamiek van de moderne tijd (industriële revolutie). Vastleggen van bewegingsmomenten.

Slide 12 - Slide

De Stijl
Begin 20e eeuw
De Stijlgroep streefde naar een nieuwe universele vormgeving in architectuur, toegepaste vormgeving en beeldende kunst. Geen emotie, geen decoratie, geen expressiviteit maar puur vorm.  'Vorm volgt functie.' Abstracte, geometrische vormen.

Slide 13 - Slide

Suprematisme en Constructivisme
Na de Russische revolutie van 1917
Abstracte, geometrische vormen. Pure kleuren plus zwart en wit. Tegen subjectief individualisme. Kunst is autonoom (Suprematisme). Bewondering voor machines, de architect en toegepaste technische constructies (Constructivisme).

Slide 14 - Slide

Dadaïsme
Begin 20e eeuw
Opzettelijk irrationele, absurde voorstellingen. Afwijzen van esthetiek en morele waardes in de kunst. Collages, fotomontages, readymades en assemblages.


Slide 15 - Slide

Surrealisme
Vanaf 1924
Surrealisme uit het Frans: 'Boven de werkelijkheid.'
Fantasie, onbewust, dromen, toeval, associaties.

Slide 16 - Slide

Impressionisme
Pointillisme
Suprematisme en Constructivisme
Jugendstil/
Art Nouveau
Symbolisme

Slide 17 - Drag question

Impressionisme
Pointillisme
Suprematisme en Constructivisme
Jugendstil/
Art Nouveau
De Stijl

Slide 18 - Drag question

Expressionisme
Futurisme
Kubisme
Surrealisme
Dadaïsme

Slide 19 - Drag question

De Stijl
Futurisme
Kubisme
Surrealisme
Dadaïsme

Slide 20 - Drag question