What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Bezittelijke voornaamwoord
Bezittelijke voornaamwoord
1 / 57
next
Slide 1:
Slide
NT2
Secundair onderwijs
This lesson contains
57 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Bezittelijke voornaamwoord
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Ik heb een kat.
Het is ___________ kat
A
mijn
B
jouw
C
zijn
D
haar
Slide 12 - Quiz
Jij hebt een fiets.
Het is ___________ fiets.
A
mijn
B
jouw
C
zijn
D
haar
Slide 13 - Quiz
Zij heeft een hond.
Het is ___________ hond.
A
mijn
B
jouw
C
zijn
D
haar
Slide 14 - Quiz
Hij heeft een auto.
Het is ___________ auto.
A
mijn
B
jouw
C
zijn
D
haar
Slide 15 - Quiz
Jij hebt een boekentas.
Het is ___________ boekentas.
A
mijn
B
jouw
C
zijn
D
haar
Slide 16 - Quiz
Zij heeft een pennenzak.
Het is ___________ pennenzak.
A
mijn
B
jouw
C
zijn
D
haar
Slide 17 - Quiz
Ik heb een potlood.
Het is ___________ potlood.
A
mijn
B
jouw
C
zijn
D
haar
Slide 18 - Quiz
Mevrouw Els heeft een huis.
Het is _________ huis.
A
mijn
B
jouw
C
zijn
D
haar
Slide 19 - Quiz
Meneer Wim heeft een voetbal.
Het is _________ voetbal.
A
mijn
B
jouw
C
zijn
D
haar
Slide 20 - Quiz
de
beleefdheidsvorm
المداراة politeness
شرافت incelik
Mevrouw directeur,
U
hebt een mooie jas.
Het is
uw
mooie jas.
Slide 21 - Slide
Typ een
1 woord.
Kies uit:
mijn - jouw - uw - zijn - haar
Slide 22 - Slide
Vul in:
Zij heeft een gsm. Het is ________ gsm.
Slide 23 - Open question
Vul in:
U hebt een gom. Het is ________ gom.
Slide 24 - Open question
Vul in:
Jij hebt een kind. Het is ________ kind.
Slide 25 - Open question
Vul in:
Mevrouw Ann heeft een stift.
Het is ______________ stift
Slide 26 - Open question
Vul in:
Ik heb een koek.
Het is __________ koek.
Slide 27 - Open question
Typ een
een zin.
Typ:
Het is jouw schaar.
Slide 28 - Slide
Schrijf de zin:
Jij hebt een schaar .
Slide 29 - Open question
Schrijf de zin:
Ik heb een broek.
Slide 30 - Open question
Schrijf de zin:
U hebt een auto.
Slide 31 - Open question
Schrijf de zin:
Hij heeft een appel.
Slide 32 - Open question
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
ons
of
onze
?
ons
huis
het
-woord (
het
huis)
onze
kat
de
-woord (
de
kat)
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Slide
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Slide
Slide 39 - Slide
Wij hebben een pennenzak.
Het is _________ pennenzak.
A
ons/onze
B
jullie
C
hun
Slide 40 - Quiz
Jullie hebben een fiets.
Het is _________ fiets.
A
ons/onze
B
jullie
C
hun
Slide 41 - Quiz
Zij hebben een boekentas.
Het is _________ boekentas.
A
ons/onze
B
jullie
C
hun
Slide 42 - Quiz
Jullie hebben een schaar.
Het is _________ schaar.
A
ons/onze
B
jullie
C
hun
Slide 43 - Quiz
Wij hebben een koek.
Het is _________ koek.
A
ons/onze
B
jullie
C
hun
Slide 44 - Quiz
Zij hebben een trui.
Het is _________ trui.
A
ons/onze
B
jullie
C
hun
Slide 45 - Quiz
Vul in:
Zij hebben een gsm.
Het is ________ gsm.
Slide 46 - Open question
Vul in:
Wij hebben de map.
Het is ________ map.
Slide 47 - Open question
Vul in:
U hebt een hond.
Het is ________ hond.
Slide 48 - Open question
Vul in:
Jullie hebben een paard.
Het is ________ paard.
Slide 49 - Open question
Vul in:
Jij hebt een pen.
Het is ________ pen.
Slide 50 - Open question
Vul in:
Wij hebben het huis.
Het is ________ huis.
Slide 51 - Open question
Typ een
een zin.
Typ:
Het is jouw schaar.
Slide 52 - Slide
Schrijf de zin
Wij hebben het boek.
Slide 53 - Open question
Schrijf de zin
Hij heeft een computer.
Slide 54 - Open question
Schrijf de zin
Zij heeft een jas.
Slide 55 - Open question
Schrijf de zin
Zij hebben een telefoon.
Slide 56 - Open question
Schrijf de zin
Ik heb een auto.
Slide 57 - Open question
More lessons like this
taalbeschouwing lidwoorden, bezit vnwd, voorzetsels, werkwoorden
October 2023
- Lesson with
32 slides
Okan
Secundair onderwijs
Grammatica: Werkwoorden 'hebben' en 'zijn'
September 2023
- Lesson with
12 slides
Grammatica
Secundair onderwijs
herhalingsles lidwoorden/onderlijnen/onderstrepen/werkwoorden simpel
January 2024
- Lesson with
15 slides
Okan
Secundair onderwijs
Werkwoord 'hebben'
May 2023
- Lesson with
15 slides
NT2
Secundair onderwijs
Werkwoorden
October 2024
- Lesson with
22 slides
W3 - NE MC1/NE C: Spelling: v.t.t.
November 2023
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Perfectum Werkwoorden Voor Beginners
May 2023
- Lesson with
15 slides
NT2
Kleuteronderwijs
Slimmer Schrijven: Pas de persoonsvorm aan!
April 2023
- Lesson with
15 slides