Woordenschat deel 3

• Nederlands
• ISK

woordenschat 

Wat zie je op de foto?

De mevrouw voor de klas is:

1. de juf
2. het meisje
3. de meester
4. de oma

De juf geeft mij een ............ Ze zegt: 'Pak je boek'.

1. vraag
2. woord
3. opdracht
4. zin

Het meisje .......een boek

1. wijst naar
2. leest
3. luistert naar
4. kijkt

Wat doet het meisje?

Ik ga naar huis, ik zeg.......

1. goedemorgen
2. tot morgen
3. goedemiddag
4. tot ziens

Wat zie je op het plaatje?

1. De kantine
2. de wc
3. De stoel
4. de trap

Welk woord hoort er niet bij

1. het potlood
2. het papier
3. de pen
4. het bord

De deur is niet open maar......

Welke kleur zie je?

De douche is in de .........

1. slaapkamer
2. badkamer
3. garage
4. zolder

De tuin is ........

1. achter het huis
2. op de zolder
3. in de woonkamer
4. onder het huis

Wat is een huisdier?

1. een broer
2. een kat
3. een hond
4. een opdracht die ik thuis maak

Wat hoort bij elkaar:

1. zoon-broer-jongen
2. vader-oom-opa
3. dochter-oma-nicht

wat hoort bij elkaar:
1. de man -
2. de opa - 3. de oom -

wat zie ik op het plaatje?

1. plakken
2. knippen
3. kleuren
4. schrijven

cola drink ik uit een .........

voordat ik ga eten zeg ik......

1. welterusten
2. smakelijk eten
3. tot ziens
4. tot morgen

heb je alle woorden begrepen?

😒🙁😐🙂😃