gedragswetenschappen H3 stap2

1 / 38
next
Slide 1: Slide
GedragswetenschappenSecundair onderwijs

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat leer ik in dit hoofdstuk? (p78)
Ik kan de verschillende componenten van emoties onderscheiden
Ik kan in situaties basisemoties onderscheiden van andere emoties
Ik kan het evolutionair voordeel van emoties in verband brengen met de evolutie van onze hersenstructuur
Ik kan zowel positieve als negatieve emoties herkennen die me motiveren om iets wel of juist niet te doen
Ik kan kennis vanuit de wetenschappen halen om basisemoties als universeel en erfelijk te benoemen
Ik kan concrete situaties analyseren om aan te tonen hoe emotieregulatie werkt
Ik kan het verschil aantonen tussen sympathie en empathie
Ik kan in situaties analyseren op welk niveau we empathisch zijn, cognitief of emotioneel
Ik kan gebruik maken van een motivatietheorie om behoefte te verklaren
Ik kan het begrip veerkracht toelichten en aantonen dat veerkracht niet voor iedereen hetzelfde is4ik kan het verband tussen veerkracht en het stellen van realistische doelen aangeven
Ik kan zowel constructieve als destructieve copingsstrategieën onderscheiden

Slide 2 - Slide

Stap 2: Wetenschap op zoek naar universele emoties (p86)

Slide 3 - Slide

Waaraan denk je bij
het woord NATURE?

Slide 4 - Mind map

Waaraan denk je bij
het woord NURTURE?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Slide

Emoties zijn ...
nature
nurture
geen idee
allebei

Slide 7 - Poll

Een baby lacht ...
dat is aangeboren
dat is aangeleerd
dat is een reflex

Slide 8 - Poll

Groepswerk per 4 lln
Groep 1: Emoties: wat zeggen de filosofen (p87 kader)
Groep 2: Emoties: wat zeggen de natuurwetenschappers (p88)
Groep 3: Emoties: wat zeggen de psychologen (p90)
Groep 4: Kan wetenschap misbruikt worden? Biedt wetenschap voordelen? (p92)
=> Lees individueel de theorie en wissel kort mening uit (5min)

Slide 9 - Slide

Groepswerk per 4
=> volgens Jigsaw nieuwe groep samenstellen.

STAP 1:   persoon uit groep 1 vertelt kort theorie (gebruik eventueel de slides of cursus)
STAP 2: iedereen maakt individueel de oefeningen bij deze visie
STAP 3: de expert overloopt de antwoorden.
herhaal STAP 1, 2 en 3 voor de andere thema's.

Slide 10 - Slide

Emoties 
Wat zeggen de filosofen? (p87)
Een rationalistische visie
René Descartes 
(1596-1650)




Emoties zijn dierlijk, het laagste van het laagste.
Emoties staan het hoger (=het denken) van de mens in de weg.
Emoties zijn ongecontroleerde/dierlijke handelingen
Een romantische visie
Jean-Jacques Rousseau 
(1712-1778)



Emoties zijn puur natuur, als de essentie en het waren in de mens.
De ratio (het denken) is iets dat opgelegd werd door de cultuur. 

Slide 11 - Slide

Opdracht: oef 1 p 87
Uitspraken uit onze taal.
 rationalistische visie       OF       romantische visie

Slide 12 - Slide

Emoties
Wat zeggen de natuurwetenschappers? (p88)
Charles Darwin (1809-1889)
Onderzoek "The expression of the Emotions in man
and animals" (1872) waarin hij zocht naar gelijkenis
in het gedrag van mensen en apen. 

=> duidelijke overeenkomsten in emotionele expressies.
=> emoties zijn erfelijk.
=> emoties hadden een evolutionair nut, waren nuttig om te overleven.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Opdracht p89 oef2: koppel uitleg met basisemotie
Visie van Darwin
emoties = een product van onze evolutie en hebben een biologisch element. 

Marc Nelissen (Begische gedragsbioloog) beschrijft in zijn boek 'De breinmachine' (2013) de evolutionaire oorsprong van de 6 basisemoties. 




                                       walging                                                                                          geluk                       woede
angst                           afkeer                       verrassing             verdriet                   blijdschap            boosheid

Slide 15 - Slide

Emoties
Wat zeggen de psychologen? (p90)
Paul Ekland (°1934)
Liet mensen van verschillende landen een foto
zien met daarop een emotie. 

=> de antwoorden waren gelijklopend
=> de 6 emotionele expressies zijn universeel en  daarom erfelijk; ze komen voor in alle culturen.
De basisemoties zijn in de natuurlijke taal woede, angst, vreugde en verdriet.

Slide 16 - Slide

opdracht p91 oef 3
Kun je de 6 basisemoties aflezen en benoemen?
Tip: kennis van het Engels kan je helpen
N= neutrale expressie (niet afgebeeld)



Slide 17 - Slide

opdracht: Kan wetenschap misbruikt worden? Biedt wetenschap voordelen?  (p92)
STAP 1: Lees het artikel
STAP 2: Lees de bijhorende vragen en denk na over het antwoord.
STAP 3: bespreek jullie antwoorden bij de 2 vragen. 

Klaar? Lees dan                            op p92.

Slide 18 - Slide

Naast nature stuurt ook
nurture hoe we emoties uiten. (p93)
Primaire emoties
ontstaan als bepaalde behoeften vervuld zijn of niet. 


vb compliment krijgen
= blij want behoefte aan waardering is vervuld. 


=> erfelijk
Secundaire emoties
gaan gepaard met gevoelens door (negatief) oordelend denken over anderen. 

vb: geen uitnodiging gekregen
= primair: triest want behoefte aan erbij horen niet vervuld.
= secundair: "hij deed het met opzet", gevoelens van boosheid/haat/ergernis
=> vaak aangeleerd of overgenomen van anderen die je observeert.

Slide 19 - Slide

Duo opdracht (p93)
Herken je sommige secundaire gevoelens bij jezelf? 
Bespreek met je duo 1 emotie (schaamte/teleurstelling of jaloezie).

Slide 20 - Slide

Context en emotie (p94)
Culturele context geeft kleur aan expressie van emoties
Affectieve culturen
mensen laten emoties gemakkelijk de vrije loop met stemverheffingen en veel gebaren.

vb: Egypte, Koeweit, Cuba, Spanje,...
Neutrale culturen
mensen tonen over het algemeen liever niet hun gevoelens.


vb: Oostenrijk, Japan
Individuele opdracht (p94-95): affectieve of neutrale cultuur.

Slide 21 - Slide

Emoties
Wat zeggen de neurowetenschappen? (p96)
* Emoties zijn gekoppeld aan delen in de hersenen
* Verschillende delen: 
                  

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Opdracht p98
Handelt men vanuit het reptielenbrein, zoogdierenbrein of mensenbrein?

Slide 24 - Slide

timer
1:00
Blijheid
Angst
Verbazing
Afkeer
geschrokken
afschuw
overdonderd
panisch
vies
verheugd
onverwacht
Surprise!

Slide 25 - Drag question

"Van pure angst kneep Jeroen tijdens de scene zo hard in zijn handen dat de afdruk van zijn nagels in zijn huid stond."
Dit is een uitspraak die iets vertelt over...
A
de fysiologische ervaring
B
de beleving
C
de psychologische reactie
D
beschrijving van het gedrag

Slide 26 - Quiz

"Jens is bang dat hij zijn mondeling examen Frans niet zal kunnen".
Deze uitspraak zegt iets over...
A
de fysiologische ervaring
B
de beleving
C
de psychologische reactie
D
beschrijving van het gedrag

Slide 27 - Quiz

"Leonie gaat naar de garage. Vlakbij de lichtschakelaar zit een grote spin, dat ziet ze pas wanneer het licht aan is. Onmiddellijk wordt ze overvallen door angst, gilt het uit en loopt al wenend naar haar kamer."
"ze gilt het uit" verwijst naar...
A
de gebeurtenis
B
de betekenis die de persoon eraan heeft
C
de fysiologische voorbereiding
D
het gedrag

Slide 28 - Quiz

"Emoties zorgen voor dierlijk handelen."
A
Rationalistische visie
B
Romantische visie
C
visie van Darwin (natuurwetenschapper)
D
visie van Ekman (psycholoog)

Slide 29 - Quiz

"Emoties zijn nuttig om te overleven. Ze hebben een evolutionair nut"
A
visie van Descartes (Rationalistische visie)
B
visie van Rousseau (Romantische visie)
C
visie van Darwin (natuurwetenschapper)
D
visie van Ekman (psycholoog)

Slide 30 - Quiz

"Liefde maakt blind"
A
visie van Descartes (Rationalistische visie)
B
visie van Rousseau (Romantische visie)
C
visie van Darwin (natuurwetenschapper)
D
visie van Ekman (psycholoog)

Slide 31 - Quiz

Ik ben niet geslaagd voor de toets. Die leerkracht heeft echt een pik op mij!
A
primaire emotie
B
secundaire emotie

Slide 32 - Quiz

Het is vandaag mijn verjaardag. Bij het binnenkomen van de klas zingen mijn klasgenoten spontaan "Happy Birthday"
A
primaire emotie
B
secundaire emotie

Slide 33 - Quiz

Mijn zus mocht mijn lievelingstrui aan voor een feestje. Ze maakte er een vlek op die nu niet meer uit gaat. Ik ben echt teleurgesteld. Als ze maar zo goed met mijn spullen omgaat, moet ze mij nu niets meer komen ontlenen.
A
primaire emotie
B
secundaire emotie

Slide 34 - Quiz

Afgaan op mijn intuïtie.

Welk brein gebruik ik dan?
A
reptielenbrein
B
zoogdierenbrein
C
mensenbrein

Slide 35 - Quiz

Ik krijg onder mijn voeten van de leerkracht.
Ik kijk haar gewoon aan en zeg niets.

Welk brein gebruik ik dan?
A
reptielenbrein
B
zoogdierenbrein
C
mensenbrein

Slide 36 - Quiz

Ik kan weer eens niet slapen. Ik luister naar relaxatiemuziek op mijn gsm en let op mijn ademhaling.
Welk brein gebruik ik dan?
A
reptielenbrein
B
zoogdierenbrein
C
mensenbrein

Slide 37 - Quiz

Ik stel mijn afspraak bij de tandarts zo lang mogelijk uit.
Welk brein gebruik ik dan?
A
reptielenbrein
B
zoogdierenbrein
C
mensenbrein

Slide 38 - Quiz