Woorden H3

Woorden H3
blz. 52 woordenlijst


1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Woorden H3
blz. 52 woordenlijst


Slide 1 - Slide

Boekpromotie
H@ck 
Mirjam Mous

Hoeveel leesverslagen af?
Einde schooljaar vier verslagen. 

Slide 2 - Slide

3.5 Woorden (blz. 52)
We doen een quiz over WOORDEN H3
B-boek

Slide 3 - Slide

Wat is aandoenlijk?
A
ernstig
B
beschamend
C
ontroerend
D
belachelijk

Slide 4 - Quiz

Wat betekent potentieel?
A
mogelijk
B
onmogelijk
C
draagvlak
D
zo nu en dan

Slide 5 - Quiz

........ ging ik naar huis.
A
Ten slotte
B
Tenslotte

Slide 6 - Quiz

Wat is een draagvlak?
A
Dat mensen een oppervlakte berekenen
B
Dat mensen met elkaar iets dragen
C
Dat mensen elkaar helpen
D
Dat mensen een beslissing steunen

Slide 7 - Quiz

Voor Nederlands moet je ...... een 5 halen.
A
Ten minste
B
tenminste

Slide 8 - Quiz

Wat is sporadisch?
A
Komt nooit voor
B
komt veel voor
C
komt soms voor

Slide 9 - Quiz

Wat betekent cruciaal?
A
gevaarlijk
B
gemeen
C
heel belangrijk
D
dodelijk

Slide 10 - Quiz

Wat is beleid?
A
de oplossing
B
de aanpak
C
de politiek
D
hoe je iets leidt

Slide 11 - Quiz

Wat is flexibel?
A
slap
B
zacht
C
krom
D
buigzaam

Slide 12 - Quiz

Wat is creperen?
A
IJlen van de koorts
B
op een ellendige manier doodgaan
C
armoedig zijn
D
heel erg koud zijn

Slide 13 - Quiz

Wat is 'zich ergens achter scharen'?
A
zich verstoppen
B
met iemand meepraten
C
Het met iemand eens zijn
D
verlegen zijn

Slide 14 - Quiz

Wat is initiatief nemen?
A
ontslag nemen
B
iemand volgen
C
de eerste stap zetten
D
snel handelen

Slide 15 - Quiz

Dat is uit den boze!
Wat betekent dat?
A
Dat mag echt niet.
B
Dat is afschuwelijk.
C
Dat is uit de kunst.
D
Dat is beschamend.

Slide 16 - Quiz

Wat is een impuls?
A
een school
B
een muzieknoot
C
een stroomversnelling
D
een eerste reactie

Slide 17 - Quiz

Leren SO
Woorden
Grammatica
Spelling

Slide 18 - Slide