les 4 samenwerken in de MZ

• Deskundigheid
• MBO
• Studiejaar 2

les 4 samenwerken in de MZ

welkom! log in op de lesson up 

leermiddelen

uit deze 2 boeken gaan we het meeste werken

check de leswijzer 

voor info 

Wat gaan we doen?

Recap vorige les (MDO)

• Paradigma's/vooroordelen over jezelf/collega's in de samenwerkingen
• Organisatie & team cultuur veilig/ onveilig?
• Wat is informele ondersteuning in de Zorg?

Individueel werken aan de deelopdrachten ( start 3 )

Rollen eindopdracht

Groepjes van 4 of 5 studenten. Bij 4 studenten worden de volgende rollen verdeeld:

1. Maatschappelijk werker

2. Ambulant begeleider

3. Psycholoog

4. Trajectbegeleider

Bij 5 studenten kan de rol ‘psychomotorisch therapeut’ worden toegevoegd.

Voorzitter

- behandelt de onderwerpen volgens de agenda

-Zorgt dat iedereen aan het woord komt ( we gaan het rijtje af)

- Zorgt ervoor dat men elkaar laat uitspreken ( ... is nog niet uitgepraat)

- Zorgt ervoor dat er niet te ver van het onderwerp afgeweken wordt ( Ik merk dat we te ver afwijken, het onderwerp is ....)

- Vat de belangrijkste dingen samen ( LSD)

Fases in een vergadering

Er zijn verschillende fases in de vergadering. 

Wat is de eerste fase ook alweer?

Ga een mini MDO houden in 

lees de instructie:

1. Blijf in je rol als je discipline.
2. Kies een voorzitter ( voorkeur traject begeleider)
3. Kies twee notulisten
4. bedenk met je groepje hoe je een goede vergader opstelling neer zet ( stoelen/tafels)
5. maak gebruik voor het mini mdo van 15 min.

• Bekijk of de notulen de vaste structuur van een vergadering volgen:
• opening
• mededelingen
• vaststellen agenda
• vaststellen vorige notulen
• bespreken agendapunten
• wat verder ter tafel komt (w.v.t.t.k.)
• rondvraag
• afsluiting.

 Nabespreken Mini MDO

• Hoe verliep het overleg?
• Zijn jullie tot een besluit gekomen?
• Is iedereen (voldoende) aan het woord geweest?
• Hoe heeft iedereen zijn rol ervaren?
• Wat ging goed? Wat kan beter? 

Warme overdracht

Wat is het verschil tussen een overdracht en een warme overdracht?

Wanneer is dit van toepassing?

Hoe doen jullie dat per groepje voor de eindopdracht?

Lesdoelen

Aan het eind van de les kun je;

• Uitleggen wat een organisatiecultuur is.
• Kun je dit toepassen op je eigen organisatie.
• Je weet het verschil tussen formele en informele ondersteuning binnen de zorg
• je herkent je eigen valkuilen/vooroordelen die kunnen ontstaan bij samenwerkingen.

in gesprek 3tallen

1. Welke vooroordelen over jou in je rol als stagiaire/bijbaan, heb je al meegemaakt in samenwerkingen? ( positief/negatief)
2. Waar ben je goed in? En waar kun je nog in groeien/ stappen maken?
3. Denk aan je leerdoel uit les 1, hoe ben je daar tot nu toe mee bezig geweest? was je er niet, wat zou een leerdoel zijn als het gaat om samenwerken voor jou in je eindopdracht? ( communicatie/feedback/tijdsplanning/rol...)

We gaan hier zo een korte oefening mee doen met korte situaties

Situaties keuze vakken

1. Je collega spreekt niet goed Nederlands tijdens een MDO, hoe ga je hiermee om?
2. Je collega slaat jou over tijdens een vragenrondje bij het team overleg, wat doet dat met jou?
3. Je collega ziet er erg onverzorgd uit, ruikt naar alcohol en gaat naast jou zitten, wat doe je/zeg je?
4. iemand nog een voorbeeld situatie?

keuze 1 

Je doet niks

je zegt er wat van op het moment zelf

je zegt er na afloop wat van tegen een andere collega

Je spreekt de persoon aan na afloop

oordeel zelf

• Nadenkend over de keuzes die je zojuist hebt gemaakt, wat zijn belemmeringen van jou in samenwerkingen?
• hoe kun je beter omgaan met je vooroordelen over anderen?
• Wat neem je mee uit de vooroordelen oefening?

Schrijf dit op in maximaal 2/3 zinnen.

Wanneer spreek jij van een positieve werksfeer?

Wat is organisatiecultuur?

Organisatiecultuur verwijst naar de gedeelde waarden, normen, overtuigingen en gedragingen die een organisatie uniek maken.

Hoe zou je de cultuur binnen jouw BPV instelling omschrijven?

Positieve of negatieve foutcultuur

Negatieve foutcultuur	Positieve foutcultuur
fouten niet willen zien	oorzaak fout opsporen
doen alsof er geen fouten zijn gemaakt	communiceren over fouten
fouten van anderen afstraffen	leren van elkaars en eigen fouten
krampachtig werken om fouten te voorkomen	accepteren dat fouten gebeuren, wel procedure foutmelding volgen

Casus Verpleeghuis Horizon

In verpleeghuis Horizon worden nooit fouten gemaakt. Als de nieuwe manager aan zijn assistent naar het dossier foutmeldingen van de afgelopen vijf jaar vraagt, antwoord de assistent dat er geen foutmeldingen zijn. "Het bewijst dat onze medewerkers geen fouten maken", vult ze aan.

• Heeft deze afdeling een positieve of negatieve foutcultuur?
• Wat is het effect van deze cultuur? leg uit
• bespreek in duo's

Wat kun je doen om fouten te voorkomen?

• geef fouten toe, volg de procedure
• praat over je fouten
  
• zoek naar de oorzaak van je fout
  
• een fout daar kan iedereen wat van leren
  
• voer alleen handelingen uit als je bevoegd                            /bekwaam bent
  
• bereid je goed voor, neem voldoende tijd
  
• gebruik het protocol

Wat gaan we doen?

Paradigma's/vooroordelen over jezelf/collega's in de samenwerkingen

Organisatie en team cultuur

veilig/ onveilig?

Formele en informele ondersteuning

werken opdracht Boom + deelopdrachten van de eindopdracht

mensen zien informele ondersteuning soms als minder goede ondersteuning. Het is niet professioneel.

Eens

Oneens

informele ondersteuning

Informele ondersteuning is onbetaalde zorg en ondersteuning die wordt gegeven door mensen die dat niet als professional doen. Vaak helpen deze mensen de cliënt vanwege een persoonlijke band of omdat ze het fijn vinden iets voor een ander te doen.

Wat zou hier een voorbeeld van kunnen zijn?

wat staat hier?

gveirriwillj=

gsdniedvseerigurakn =

lnrmegztao= 

Wat voor toegevoegde waarde heeft een ervaringsdeskundige op de werkvloer volgens jou?

Lesdoelen behaald?

Aan het eind van de les kun je;

• Uitleggen wat een organisatiecultuur is.
• Kun je dit toepassen op je eigen organisatie.
• Je weet het verschil tussen formele en informele ondersteuning in de zorg
• je herkent je eigen valkuilen/vooroordelen die kunnen ontstaan bij samenwerkingen

Vandaag 12 uur

Samenwerken met informele ondersteuning

GASTLES GGZ ervaringsdeskundige L 126

Verder aan eindopdracht

3. ondersteuningsplan