Voeding & dieet

Voeding & Dieet
Deelopdrachten voeding
1 / 33
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Voeding & Dieet
Deelopdrachten voeding

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesopzet
  • Terugblikken op de doorlopen opdrachten voeding aan de hand van (interactieve) vragen 
  • Online afspraken
  • Aanwezigheid registreren
  • Doelen
  • Evaluatie

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Doelen
  • Je kunt benoemen wat een vochtbalans is
  • Je bent op de hoogte van de Schijf van Vijf
  • Je kunt de verschillende diëten benoemen
  • Je kunt benoemen hoe je voeding veilig kunt bereiden.


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

HACCP is een voedselveiligheidssysteem, de afkorting staat voor Hazard Analysis and Critical Control Points.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

Dat is juist. HACCP bestaat uit een aantal basisprincipes die een organisatie toe moet passen wanneer het voedsel bereidt, bewerkt en/of verkoopt. Met HACCP gaat een organisatie na (Analysis) welke onderdelen in het productie- of bereidingsproces van voedsel gevaren (Hazard) voor de gezondheid tot gevolg kunnen hebben, en hoe de risico’s beheerst kunnen worden (Critical Control Points). Het Voedingscentrum heeft de HACCP voor zorginstellingen uitgewerkt en vertaald in twee hygiënecodes met praktische werkinstructies. Wanneer zorginstellingen werken volgens deze hygiënecodes, voldoen ze aan de wet.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Welke voedingsstoffen zijn vezelrijk?

Slide 7 - Mind map

Vezels zitten alleen in plantaardig eten.
In producten van dieren, zoals vlees en kaas zitten geen vezels.

Vezels zorgen dat de darmen goed werken. Ze ervoor ervoor dat ontlasting meer vocht vasthoudt. Daarom is genoeg drinken ook belangrijk: Drink minstens 1,5 tot 2 liter per dag: water, thee, koffie en eventueel melk.
U krijgt hierdoor meer en zachtere ontlasting.
Vezels geven een vol gevoel. Dat kan helpen om minder snel te veel te eten.
Vezels zorgen ervoor dat koolhydraten uit eten langzamer worden opgenomen in het bloed. Daardoor blijft de bloedsuiker stabieler.
Vezels helpen mee aan een goed cholesterol.   

Volkoren graanproducten: volkorenbrood, roggebrood, bulgur, volkorenpasta, zilvervliesrijst, havermout, muesli

Peulvruchten, zoals bruine bonen, kikkererwten en linzen

Fruit

Noten
Aardappelen

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Het is in woonvormen verplicht om de temperatuur van koelkasten te registreren.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

Het is voor woonvormen wél verplicht elke dag te controleren of de temperatuur van de koelkast klopt, maar dit hoeft niet te worden opgeschreven. Het registreren van de temperatuur is wél verplicht voor zorginstellingen die vallen onder de hygiënecode voor grotere zorginstellingen. Omdat in grotere zorginstellingen de voedingsprocessen complexer zijn, hebben micro-organismen vaak meer gelegenheid om uit te groeien. Producten worden opgeslagen, bereid, verpakt, weer opgeslagen, misschien getransporteerd, etc. Daarom moet tussendoor steeds aangetoond kunnen worden dat de processen beheerst worden.
Wat is de schijf van 5?
A
5 vakken met minder goede producten waar je niets uit mag nemen
B
5 vakken met alleen maar vette dingen waar je 1 keer per week iets uit mag kiezen
C
5 vakken vol goede producten waar je ieder dag iets uit kiest. Uit het ene vak wat meer dan het andere
D
5 vakken met goede en minder goede producten door elkaar Je kiest zelf de goede producten

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

In welke voedingsmiddelen
zitten vooral veel koolhydraten?
A
B
C
D

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Welke stelling is juist?
A
Zorgorganisaties zijn niet verplicht om een hygiënecode toe te passen, maar moeten wel voldoen aan de HACCP
B
Zorgorganisaties zijn verplicht om een hygiënecode toe te passen
C
Zorgorganisaties zijn verplicht om een hygiënecode toe te passen

Slide 12 - Quiz

Als zorgorganisatie moet je een voedselveiligheidsplan (ook wel HACCP-plan) hebben die aan de HACCP voldoet. Je kunt deze zelf opstellen, of er voor kiezen om de goedgekeurde hygiënecode voor zorginstellingen (opgesteld door het Voedingscentrum) te gebruiken. Dit is een praktische vertaling van het HACCP-plan.
Bij ondervoeding is er sprake van...
A
Verlies van lichaamsgewicht
B
Afname spiermassa
C
Beide zijn juist

Slide 13 - Quiz

Ondervoeding bij ouderen komt in verpleeghuizen bij 20 tot 25% voor en in de thuiszorg bij 15 tot 25%. Bij ondervoeding is er sprake van verlies van lichaamsgewicht en spiermassa. Hierdoor daalt de weerstand, hebben ouderen een verhoogde kans op opname in een instelling, op complicaties bij ziektes, zijn zij verminderd zelfredzaam en ervaren zij een verminderde kwaliteit van leven. Uiteindelijk zorgt voor ondervoeding voor een verhoogde mortaliteit.
Eiwit +
Vet beperkt
Energieverrijkt
Vochtbeperkt

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

Wat is gezonder voor de mens, verzadigde vetten of onverzadigde vetten?
A
Verzadigde vetten
B
Onverzadigde vetten

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

sojadrinks, Kokosmelk,
amandelmelk, vlees, vis, rijstdrank, havermelk en
sojadesserts passen in een.......
A
Natrium beperkt dieet
B
Vetvrij dieet
C
Kalium beperkt dieet
D
Lactose vrij dieet

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel zout heeft een Nederlander gemiddeld per dag nodig?
A
3
B
9
C
6
D
12

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel gram zout krijgt een gemiddelde Nederlander per dag binnen?
A
3
B
9
C
6
D
12

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Natriumbeperkt dieet
Voorgeschreven door arts of diëtist bij:
Hoge bloeddruk
ziekten met oedeemvorming


Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Hoe zorg je voor een gezond dieet volgens de schijf van vijf?
A
Eet elke dag uit elk vak evenveel
B
Eet elke dag uit alle vakken iets, in de juiste verhouding
C
Eet vooral groente en fruit
D
Eet weinig ongezonde dingen

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

De schijf van 5
A
Oranje: Brood, graanproducten & aardappelen
B
Groen: Groente & fruit
C
Geel: smeer & bereidingsvetten
D
alle antwoorden zijn juist.

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel calorieën mag een man en een vrouw per dag hebben.
A
Man: 2000 cal Vrouw: 2000 cal
B
Man: 2000 cal Vrouw: 2500 cal
C
Man: 2500 cal Vrouw: 2000 cal
D
Man: 3000 cal Vrouw: 2500 cal

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Waar staat TGT voor?
A
Te gebruiken tot
B
Ten minste goed tot
C
Te genieten tot
D
Ten minste gebruiken tot

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Waar staat THT voor?
A
Ten minste happen tot
B
Houdbaar tot en met
C
Ten minste houdbaar tot
D
Te houden tot

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de basis van een gezonde voeding ?
A
Veel koolhydraten
B
Variatie
C
Geen vlees eten
D
Veel groente eten

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

...

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Welk product kun je na het verstrijken van de datum beter niet meer eten?
A
Brood
B
Kip
C
olijfolie
D
Yoghurt

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Koolydraten
Koolhydraten
Vetten

Koolhydraten

eiwitten
eiwitten

Slide 31 - Drag question

This item has no instructions

Terugblik op de les....

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Einde 

Slide 33 - Slide

This item has no instructions