Media basis

Wat wordt bedoeld met privacy?
1 / 32
next
Slide 1: Open question
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Wat wordt bedoeld met privacy?

Slide 1 - Open question

Noem een positief en een negatief gevolg van sociale media.

Slide 2 - Open question

Streep het onjuiste woord door en vul de zin aan.
Door het kijken van een serie over drugsverslaving besluit Justin om te stoppen met blowen.
Dit is een POSITIEF / NEGATIEF gevolg van het kijken van series, omdat:

Slide 3 - Open question

De overheid heeft regels opgesteld voor reclame. Noem er twee.

Slide 4 - Open question

Reclame wil je verleiden.
a. Leg deze zin in je eigen woorden uit.
b. Geef een voorbeeld van hoe reclame verleidt.

Slide 5 - Open question

Wat betekent het als je mediawijs bent?

Slide 6 - Open question

Is er verschil tussen persvrijheid en vrijheid van meningsuiting? Leg uit.

Slide 7 - Open question

Kranten, tv, radio en internet brengen elke dag nieuws.
Omschrijf wat nieuws is.

Slide 8 - Open question

Bij communicatie:
A
ben je zelf altijd de zender.
B
Wordt informatie doorgegeven
C
is de zender altijd onbekend.
D
Moet je altijd iets zeggen

Slide 9 - Quiz

Ryan schrijft een leuk gedichtje in de agenda van zijn vriendin Beau.
Wat is in deze situatie het middel?

A
Ryan.
B
Het gedichtje
C
De agenda
D
Beau

Slide 10 - Quiz

Wat is een belangrijk kenmerk van een massamedium?
A
Het brengt altijd interessante informatie
B
Er zijn heel veel ontvangers.
C
Het is gratis
D
Het bestaat alleen maar uit reclame

Slide 11 - Quiz

“Bij massamedia is de informatie voor veel mensen bedoeld.”
A
Deze uitspraak is juist
B
Deze uitspraak is onjuist

Slide 12 - Quiz

Bij YouTube zijn de filmpjes ……
Welk woorden zijn weggelaten?

A
De zender
B
Het middel
C
De informatie
D
De ontvanger

Slide 13 - Quiz

In Nederland zijn commerciële zenders en publieke omroepen.
Een voorbeeld van een commerciële zender is:

A
BNN
B
SBS6
C
AVROTROS
D
NPO 3

Slide 14 - Quiz

Bij de tv heb je commerciële zenders en publieke omroepen. Bij de radio heb je:
A
alleen commerciële zenders.
B
ook commerciële zenders en publieke omroepen
C
alleen publieke omroepen
D
geen commerciële zenders en publieke omroepen

Slide 15 - Quiz

Zijn de uitspraken juist of onjuist?
We maken vooral gebruik van de tv:
1. om te ontspannen.
2. omdat we zelf willen communiceren.

A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.

Slide 16 - Quiz

Waarom hoef je geen journalist te zijn om veel mensen te bereiken?
A
In de Mediawet is dit niet langer verplicht.
B
Door internet en sociale media kan iedereen informatie verzenden.
C
Door internet is het minder belangrijk geworden of informatie klopt.
D
Door internet maakt het niet meer uit waar informatie vandaan komt.

Slide 17 - Quiz

Wie bepalen of iets nieuws is?
A
Journalisten
B
De lezers.
C
De politici
D
De mensen die een krant kopen

Slide 18 - Quiz

Een voorbeeld van een actueel nieuwsbericht is:
A
een terugblik op een vliegtuigramp van een jaar geleden.
B
een nieuwsoverzicht van het afgelopen jaar.
C
een vrachtboot die gisteren op het strand van Scheveningen vastliep.
D
een uitleg over de werking van medicijnen tegen hoofdpijn.

Slide 19 - Quiz

Shell heeft veel winst gemaakt in het afgelopen jaar. Waarom komt over dit onderwerp een bericht in de krant?
A
Het is bijzonder.
B
Het gaat over een bekend persoon
C
Het is interessant voor mensen die beleggen.
D
Het is betrouwbaar

Slide 20 - Quiz

Sommige berichten op internet zijn niet zo betrouwbaar omdat:
A
feiten en meningen vaak niet gescheiden zijn.
B
online journalisten nooit informatie controleren
C
veel informatie gratis is.
D
online berichten altijd nepnieuws zijn

Slide 21 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een ideaalbeeld in de reclame?
A
Een bekende Nederlander die vertelt dat mayonaise van Calvé heerlijk is.
B
Een automobilist die door de politie wordt aangehouden.
C
Een gelukkig stel dat op vakantie is op een zonnig tropisch eiland.
D
Een vrouw die met een somber gezicht de badkamer schoonmaakt

Slide 22 - Quiz

“In reclamespots zie je vaak beelden en gevoelens die mensen over moeten halen iets te kopen.”
A
De uitspraak is juist.
B
De uitspraak is onjuist.

Slide 23 - Quiz

Wat is selectieve waarneming?
A
Mensen kijken op één dag naar tv-programma's op verschillende zenders
B
Mensen kiezen zelf welk tv-programma ze bekijken.
C
De media maken elk jaar weer andere soorten tv-programma's.
D
In sommige tv-programma's staat steeds één bepaalde mening centraal.

Slide 24 - Quiz

Wat is een positief gevolg van het kijken van series?
A
Als je een serie kijkt, dan game je minder.
B
Een serie kan je iets leren over het leven
C
Een serie zorgt voor een ideaalbeeld.
D
Een serie zorgt dat je lekker in slaap kan vallen.

Slide 25 - Quiz

Welke zinnen zijn juist?
1. Slapeloosheid kan een gevolg zijn van te veel gamen.
2. Door series kun je vooroordelen krijgen.

A
Ze zijn allebei goed
B
Alleen 1
C
Alleen 2
D
Ze zijn allebei fout.

Slide 26 - Quiz

Sociale media hebben een negatieve invloed omdat:
A
je te veel met likes en reacties bezig bent.
B
je niet in aanraking komt met maatschappelijke problemen.
C
je geen contact hebt met anderen
D
je niet leert om samen te werken

Slide 27 - Quiz

Een voorbeeld van privacy is, dat
A
niemand je telefoongesprekken zomaar mag afluisteren.
B
je alleen opgepakt kan worden als er een redelijk vermoeden van schuld is.
C
je slordig omgaat met privégegevens op sociale media.
D
je kritisch kijkt naar de informatie die je tegenkomt.

Slide 28 - Quiz

Maak de zin af. Privacy is:
A
alleen belangrijk op sociale media
B
een grondrecht dat je hebt vanaf je 18e.
C
hetzelfde als vrijheid van meningsuiting.
D
het recht op een privéleven

Slide 29 - Quiz

Maak de zin af. Als je mediawijs bent:
A
doe je niet aan beeldvorming.
B
maak je weinig gebruik van de media
C
hoef je geen informatie meer te checken
D
kijk je naar nieuws alsof je een journalist bent

Slide 30 - Quiz

Een man heeft drie maanden geleden met zijn metaaldetector een pot met gouden munten gevonden. Waarom komt hierover een bericht in de krant?
A
Het is bijzonder.
B
Het gaat over een bekend persoon
C
Het is actueel.
D
Het is betrouwbaar

Slide 31 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een bijzonder nieuwsbericht?
A
Een verslag van een voetbalwedstrijd.
B
Een bericht over een man die op straat briefjes van 100 euro uitdeelt
C
Een verhaal over prinses Amalia.
D
Een verslag van de opknapbeurt van het Paleis op de Dam.

Slide 32 - Quiz