U5 les 7

Mardi 20 mai
Les objectifs pour aujourd'hui :

Tu peux faire des comparaisons (vergelijkingen).
- vanuit een bijvoeglijk naamwoord;
- vanuit een bijwoord.
1 / 19
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo lwoo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Mardi 20 mai
Les objectifs pour aujourd'hui :

Tu peux faire des comparaisons (vergelijkingen).
- vanuit een bijvoeglijk naamwoord;
- vanuit een bijwoord.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

plus grand que
aussi grand que
moins grand que
le plus grand
autant d'argent que
de grootste
even groot als
groter dan
minder groot dan
evenveel geld als

Slide 2 - Drag question

This item has no instructions

De vergrotende trap van bijvoeglijk naamwoorden
plus/moins/aussi+bijvoegelijk naamwoord+que

Il est plus grand qu'elle.>Hij is groter dan haar.
Il est moins grand qu'elle.>Hij is minder groot dan haar.
Il est aussi grand qu'elle.> Hij is even groot als haar.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Vul de vergrotende van het bijvoeglijk naamwoord in:
Omar est (als sportif als) Taha.

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Vul de vergrotende van het bijvoeglijk naamwoord in:
Tarandeep est (groter dan) Madame Baichere.

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

De vergrotende trap van bijwoorden
plus/moins/aussi+bijwoord+que

Il parle plus vite qu'elle.>Hij praat sneller dan haar.
Il parle moins vite qu'elle.>Hij praat minder snel dan haar.
Il parle aussi vite qu'elle.> Hij praat even snel als haar.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Vul de vergrotende van het bijwoord in:
Meledy parle (even rustig als) Bries.

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Vul de vergrotende van het bijwoord in:
Giroud court (langzamer dan) Mbappé.

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

De overtreffende trap
De overtreffende trap wordt gevormd door
           Het meest:             Het minst:          
le plus (++)              le moins (--)
la plus (++)              la moins (--)
les plus (++)              les moins (--)
                                
voor het bijvoeglijk naamwoord of bijwoord te plaatsen.

Slide 9 - Slide

Geef een voorbeeld van de overtreffende trap zoals 'le plus grand' voor 'de grootste'
De overtreffende trap
  • De overtreffende trapbijvoeglijk naamwoord
  • Elle est la plus sportive
  • De overtreffende trap + bijwoord
  • Il travaille le plus rapidement.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Les exceptions
  • bijvoeglijk naamwoorden:
  • le plus bien = le meilleur
  •  Kwame est le meilleur de la classe en français.
  • bijwoord:
  • plus bien = mieux
  • Ephraim parle mieux français que sa petite soeur.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Chahid danst beter dan ik.
A
Chahid danse meilleur que moi
B
Chahid danse mieux que moi
C
Chahid danse le mieux
D
Chahid danse le mieux que moi

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

mieux
bien
mal
longtemps
vite
lang
goed
snel
beter
slecht

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

Sleep de woorden naar de goede plek! Il y a 2 options par mot néerlandais.
goed
slecht
beter
mal
bon
mieux
meilleur
bien
mauvais

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

Tekst
Onregelmatig gevormd bijwoorden
bon (goed)
meilleur (beter)
mauvais (slecht)
gentil (aardig)
énorme (enorm)
long (lang)
patient (geduldig)
prudent (voorzichtig)
méchant (gemeen)
violent (heftig)
Gentiment
Meilleurement
Gentillement
Énormément
Longtemps
Longement
patiemment
prudemment
méchantement
mal
violemment
mieux
bonnement
bien
Énorment
méchamment
violentement
prudentement
patientement
mauvaisement

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

Qui est le moins jeune (= le plus vieux) ?
A
l'enfant
B
l'ado
C
le bébé
D
le grand-père

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Lesdoelen behaald?

Tu peux faire des comparaisons (vergelijkingen).

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

This item has no instructions