GHZ MZVZ-2 Thema 11 H35

Thema 11, Palliatief Terminale zorg
Hoofdstuk 35, Aandachtspunten samenwerking
1 / 21
next
Slide 1: Slide
VerzorgendeMBOStudiejaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Thema 11, Palliatief Terminale zorg
Hoofdstuk 35, Aandachtspunten samenwerking

Slide 1 - Slide

palliatieve (terminale) zorg
Kun je alleen maar goed doen als je met anderen samenwerkt. Samenwerking tussen familie, mantelzorgers, andere disciplines, het team en jij is in deze zorg van groot belang.

Slide 2 - Slide

De sociale omgeving
van belang zijn:
- de zorgvrager
- de familie
- Mantelzorgers
- jij
- je team
Niemand is het belangrijkst, alleen jij bent de professional. Dat geeft je dus ook een andere rol naar de zorgvrager, familie en mantelzorgers.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Niet iedereen is instaat dit zelf te regelen of onder woorden te brengen. 
Niet iedereen heeft het verstandelijke vermogen om hier zelf over na te denken. Soms hebben we daar hulp en/of hulpmiddelen bij nodig

Slide 5 - Slide

Opdracht
Op de volgende slide staat een link naar een website. Dit is een boekje over het begeleiden van mensen met een verstandelijke beperking ter voorbereiding op hun overlijden.
Lees het boekje goed door. Voor de vragen kun je altijd nog terugbladeren.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Als je het het boekje "Wat wil ik?" gelezen hebt, welke informatie mis je dan nog?

Slide 8 - Open question

Op welke manier zou je dit boekje bespreken met iemand met een matige verstandelijke beperking

Slide 9 - Open question

Op welke manier zou je dit boekje bespreken met iemand met een zeer ernstige verstandelijke beperking

Slide 10 - Open question

Levenseinde
Euthanasie: opzettelijk levens beëindigend handelen door een ander dan de zorgvrager op verzoek van de zorgvrager.  Alleen door de arts, als er voldaan is aan de 4 zorgvuldigheidseisen wordt de arts niet strafrechtelijk vervolgd.
Palliatieve Sedatie: het opzettelijk verlagen van de bewustzijn van een zorgvrager met als doel het lijden te verlichten. Heeft weinig invloed op het tijdstip van overlijden als de levensverwachting al erg kort is.
Voedselweigering en versterving:  het afzien van het toedienen van vocht en voeding als medische behandeling omdat de behandeling niet meer zinvol is.

Alleen Euthanasie heeft als doel het leven te beëindigen, beide andere opties hebben als doel geen verdere medische behandelingen meer te doen omdat dit niet zinvol is. 

Slide 11 - Slide

levenseinde en euthanasie
Indien je wilsbekwaam bent mag je dit zelf bepalen. Maar als je niet wilsbekwaam bent, wie bepaald dat dan.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Johan, een man met een zeer ernstige verstandelijke beperking is terminaal ziek. De familie wil hem niet verder laten lijden. Welke mogelijkheden hebben ze, in overleg met de arts, om verder lijden te voorkomen
A
een niet reanimeren verklaring
B
euthanasie
C
een niet behandelen verklaring
D
geen, de zorgvrager is namelijk wilsonbekwaam.

Slide 14 - Quiz

belangrijk bij het verlenen van
palliatieve zorg is voor mij
(meerdere antwoorden mogelijk)

Slide 15 - Mind map

Slide 16 - Video

Op de volgende slide staat een link naar een website. Volg de opdracht die daar staat en vul de 29 stellingen in.
Na het invullen van de stellingen krijg je een resultaat te zien. Lees dit goed door en ga dan naar de volgende slide.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Als je kijkt naar het resultaat van de stellingen, wat zijn dan je sterke punten in het begeleiden bij palliatieve terminale zorg.

Slide 19 - Open question

Meer informatie over de verschillende soorten sterfstijlen 
https://www.kennispleingehandicaptensector.nl/palliatieve-zorg/sterfstijlen-soorten 

Hier zie je korte filmpjes waarin de verschillende sterfstijlen worden uitgespeeld.

Slide 20 - Slide

Theorie
Bij dit onderwerp hoort Thema 11 uit het boek deel B, 
hoofdstuk 35

Slide 21 - Slide