2.4 Wolken en onweer

H2 Het weer
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H2 Het weer

Slide 1 - Slide

Deze les
  • Wolken en neerslag
  • Onweer



Slide 2 - Slide

Wat meet een Manometer

Slide 3 - Open question

Leg de invloed uit van de temperatuur op de gasdruk.

Slide 4 - Open question

welke formule is juist?
A
absolute druk = luchtdruk - overdruk
B
luchtdruk = absolute druk + overdruk
C
absolute druk = luchtdruk + overdruk
D
luchtdruk = absolute druk - onderdruk

Slide 5 - Quiz

Waarmee meet je de luchtdruk
A
Manometer
B
Barometer
C
Thermometer
D
Hydrometer

Slide 6 - Quiz

Wat is de gemiddelde luchtdruk op zeeniveau?
A
1000 hPa
B
1007 hPa
C
1013 hPa
D
1020 hPa

Slide 7 - Quiz

Op 16 december 2011 werd in De Bilt een luchtdruk gemeten van 970 hPa.
Een luchtdruk van 970 hPa is ...
A
erg laag.
B
iets onder het gemiddelde.
C
iets boven het gemiddelde.
D
erg hoog.

Slide 8 - Quiz

In een fietsband zit lucht. De band is hard opgepompt. De lucht in de band geeft een tegendruk.
Wat kun je zeggen over de tegendruk?

A
De tegendruk in de band is even groot als de luchtdruk.
B
De tegendruk in de band is groter als de luchtdruk.
C
De tegendruk in de band is kleiner als de luchtdruk.
D
te weinig gegevens bekend

Slide 9 - Quiz

Kan ik waterdamp zien?

Slide 10 - Slide

Nee!

Slide 11 - Slide

ontstaan wolken en regen
- Warme vochtige lucht stijgt op.
- Hoger in de lucht koelt het af tot het dauwpunt, dat is de temperatuur waarbij de waterdamp gaat condenceren.
- Het gecondenseerde water vormt kleine druppels, een wolk.
- De hoogte waarop dat gebeurt is het condensatieniveau 
- Druppels groeien steeds groter. Als de druppels te zwaar worden vallen ze naar beneden.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Statische elektriciteit 
Voorwerpen met een verschillende lading trekken elkaar aan

Slide 14 - Slide

Statische elektriciteit 
Voorwerpen met een zelfde ladng stoten elkaar af

Slide 15 - Slide

Ontlading
- Langzaam via lucht
- in één keer via voorwerk met een vonk/schok


Slide 16 - Slide

Ontstaan onweer
1. De spanning tussen een onweerswolk en de aarde loopt hoog op.
2. Er springt een bliksemflits over van de wolk naar de aarde.
3. De temperatuur in de bliksemflits stijgt tot zo'n 30 000 °C.
4. Door de hoge temperatuur  zet de lucht rond de bliksemflits sterk uit. 
5. In een groot gebied rond de onweerswolk horen de mensen de donder.

Slide 17 - Slide

Beschermen tegen onweer
Bliksem afleider:                                                                Weg bij hoge objecten of  Goed geleidende route buiten gebouw om             open vlakten

Slide 18 - Slide

Wat te doen?
Maak
2.3
Opdracht: 1, 2, 4, 7, 8, 9
 2.4
vraag: 1t/m5 + 8

Slide 19 - Slide