Toets voorbereiding OZ1 (21OMZG)

Oefentoets Ouderenzorg 
Deze vragen die in deze oefentoets naar voren komen zijn de onderwerpen die in de toets gevraagd kunnen worden, maar ook de manier waarop de vragen gesteld kunnen worden. 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Oefentoets Ouderenzorg 
Deze vragen die in deze oefentoets naar voren komen zijn de onderwerpen die in de toets gevraagd kunnen worden, maar ook de manier waarop de vragen gesteld kunnen worden. 

Slide 1 - Slide

Wat moet je weten van Maatschappelijke zorg SAW 3?
Thema 7: Vergrijzing, geschiedenis van OZ, vormen van ouderenzorg en vraaggestuurde zorg.
Thema 8: normale proces van ouder worden (lichamelijk, sociaal en geestelijk),  complexiteit van problemen, verborgen gevolgen van ouder worden, benadering van ouderen. 
Thema 9: Oorzaak, vormen, verloop en behandeling van dementie en begeleidingsmethodieken bij dementie.

Slide 2 - Slide

Wat moet je weten van Cliënt en Omgeving 3&4?
Thema 19: oorzaak, kenmerken en benaderingswijze van dementie. 

Slide 3 - Slide

Complexere afwijkingen van het normale lichamelijke verouderingsproces
Het normale geestelijke verouderingsproces

Complexere afwijkingen van het normale geestelijke verouderingsproces.
Het normale proces van ouder worden.
Gerontologie
Psychogerontologie 
Geriatrie 
Psychogeriatrie 

Slide 4 - Drag question

Beschrijf het maatschappelijk probleem 'driedubbele vergrijzing' waar we nu mee te maken hebben.

Slide 5 - Open question

De geboortedaling sinds de jaren zestig is één van de drie oorzaken van vergrijzing.
Juist
Onjuist

Slide 6 - Poll

Wat is vraaggestuurde zorg?
A
De hulpverlener stuurt de zorg die belangrijk is voor de cliënt.
B
De cliënt ontvangt de hulp die tegemoet komt aan zijn wensen en verwachtingen.
C
De hulpverlener vraagt gericht naar de zorg die de cliënt verwacht.
D
De cliënt wordt naar een behandelcentrum gestuurd voor gerichte zorg.

Slide 7 - Quiz

Gedeeltelijk binnen de muren van een instelling
Intramurale zorg
Semimurale zorg 
Extramurale zorg
Zorg buiten de muren van de instelling
Zorg binnen de muren van een instelling

Slide 8 - Drag question

Wat zijn lichamelijke veranderingen bij het ouder worden?
A
Verminderde slaapbehoefte
B
Ouderdomsdiabetes
C
Aandoening van de hersenen
D
Achteruitgang van de cognitieve functies

Slide 9 - Quiz

Noem minimaal 2 veranderingen in gedrag en emoties

Slide 10 - Open question

Noem 3 sociale veranderingen

Slide 11 - Open question

Eenzaamheid is een verborgen gevolg van ouderen worden.
Juist
Onjuist

Slide 12 - Poll

Bij welke benadering wordt de cliënt zoveel mogelijk met de werkelijkheid geconfronteerd?
A
RealiteitsOriëntatie-Training
B
Warme Zorg
C
Validation
D
Reminiscentie

Slide 13 - Quiz

RealiteitsOriëntatieTraining (ROT) heeft een groepsvariant en een 24-uursvariant.
Juist
Onjuist

Slide 14 - Poll

Bij welke benadering worden er bijvoorbeeld foto's, boeken, gebruiksvoorwerpen en liedjes van vroeger gebruikt om herinneringen op te halen?
A
RealiteitsOriëntatie-Training
B
Warme Zorg
C
Validation
D
Reminiscentie

Slide 15 - Quiz

Welke benadering voorkomt voortdurende ruzie over wat feitelijk waar is?
A
RealiteitsOriëntatie-Training
B
Warme Zorg
C
Validation
D
Reminiscentie

Slide 16 - Quiz

Bij welke benadering is het doel dat de cliënt zich veilig en vertrouwd voelt?
A
RealiteitsOriëntatie-Training
B
Warme Zorg
C
Validation
D
Reminiscentie

Slide 17 - Quiz

Noem 3 vormen van Dementie.

Slide 18 - Open question

De cliënt heeft bij bijna alle handelingen hulp nodig en moet beschermd worden, opname is noodzakelijk.
In welke fase is dit sprake?
A
fase 1
B
fase 2
C
fase 3
D
fase 4

Slide 19 - Quiz

In welke fase is er sprake van het gevoel van 'bemoeizucht', omdat de cliënt de problemen niet herkent of juist ontkent.
A
fase 1
B
fase 2
C
fase 3
D
fase 4

Slide 20 - Quiz

Wat is het centrale uitgangspunt in fase 4 de terminale fase?

Slide 21 - Open question

Wat je ook moet weten...
Welke benaderingswijze pas je toe bij een casus?
Wat zou je zeggen tegen die cliënt of hoe zou je hem begeleiden, passend bij deze benaderingswijze?

Slide 22 - Slide