Thema Mensen: info week 4

Week 4: Gezond en ziek
1 / 12
next
Slide 1: Slide
BiologieBasisschoolGroep 7

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Week 4: Gezond en ziek

Slide 1 - Slide

Lichaam
  • Je lichaam werkt beter als je er goed voor zorgt.
  • Lichaamsverzorging of hygiëne betekent jezelf wassen, douchen en tandenpoetsen. 
  • Te veel eten en drinken, roken en drugs zijn ongezond, omdat het je lichaam ziek kan maken. 
  • Gezonde voeding en beweging helpen om je goed te voelen. 

Slide 2 - Slide

Pijn
  • Pijn geeft je een waarschuwing dat er iets niet goed is in je lichaam. 
  • Pijn is niet fijn, maar wel nuttig. 
  • Wat zou er gebeuren als je geen pijn zou voelen?

Slide 3 - Slide

Leger
  • Infecties worden veroorzaakt door ziektekiemen.
  • Je lichaam werkt hard om ziektekiemen af te weren.
  • Dat afweersysteem kun je vergelijken met een leger. Het afweersysteem of immuunsysteem vecht tegen indringers. 
  • Als je ingeënt bent tegen besmettelijke ziektes, kun je ze niet meer krijgen. Je bent er dan immuun voor geworden.  

Slide 4 - Slide

Ziek
  • Ieder mens kan ziek worden. 
  • Een verkoudheid is een kleine infectie en gaat na een paar dagen meestal vanzelf over. Je lichaam herstelt dan weer.
  • De ziektekiemen in je lichaam worden onschadelijk gemaakt. 
  • Soms kan je lichaam het niet zelf, en heb je de hulp van een dokter nodig. 
  • Soms schrijft een dokter dan een recept uit. Daarmee kun je bij de apotheek medicijnen halen.  

Slide 5 - Slide

Het ziekenhuis
  • Het kan nodig zijn dat je naar het ziekenhuis gaat voor een uitgebreider onderzoek. 
  • Bijvoorbeeld een röntgenfoto, een infuus of een operatie.
  • Als je thuis niet beter kunt worden, word je in het ziekenhuis opgenomen. 
  • Er werken veel mensen in het ziekenhuis: dokter, specialisten, verpleegkundigen, schoonmakers, koks, administratie. 

Slide 6 - Slide

Geneeskunde
  • Beter worden of beter maken: dat is genezen. 
  • Een dokter bestudeert de wetenschap van ziektes en genezing. 
  • Die wetenschap noem je geneeskunde of geneeskunst. 
  • Geneeskunst is al vele duizenden jaren oud. We weten dat er in de oudheid bij de Egyptenaren, de Grieken en de Romeinen al dokters waren die mensen probeerden te genezen.  

Slide 7 - Slide

Esculaap
  • De slang om de staf noem je een esculaap. 
  • De esculaap is een heel oud symbool en hoort bij de geneeskunde.  

Slide 8 - Slide

EHBO - Bloedneus
Een bloedneus kun je zomaar krijgen. Vaak is er niet eens een oorzaak. Wat nu?
  1. Snuit eerst je neus goed. Er kan nog opgedroogd bloed in zitten.
  2. Ga zitten en houd je hoofd een beetje voorovergebogen, alsof je schrijft. 
  3. Pak je neus met je duim en wijsvinger, net onder het botje.
  4. Houd je neus zo vijf minuten dichtgeknepen. 

Slide 9 - Slide

EHBO - Brandwond
Brandwonden zijn er in drie soorten. Eerstegraadsbrandwonden zijn het lichtst. De huis is rood en een beetje gezwollen. Bij tweedegraadsbrandwonden zijn er ook blaren. Derdegraadsbrandwonden zijn het ergst. De huis is wit, of juist zwart. 
  1. Koel alle brandwonden tien minuten lang met lauw water, dat zachtjes stroomt. 
  2. Haal zo snel mogelijk kleding en sieraden weg.
  3. Bedek de wond met plastic huishoudfolie, steriel verband of een schone doek. 
  4. Smeer niets op de brandwonden. 
  5. Bel 112 bij ernstige brandwonden. 

Slide 10 - Slide

EHBO - Schaafwond
Stappenplan:
  1. Spoel de wond met lauw water. Haal het vuil er zo goed mogelijk uit.
  2. Droog de plek rondom de wond (maar niet de wond zelf).
  3. Kleine schaafwonden kun je in de lucht laten drogen.
  4. Komt er bloed uit? Plak er een pleister op.
  5. Grote schaafwonden kun je afdekken met een kompres en verband. 

Slide 11 - Slide

Vingerverband
Enkelverband

Slide 12 - Slide