schrijven mail

Wat gaan we doen?
  • Uitleg zakelijke brief
  • Opdracht 
  • Je kent de opbouw van een zakelijke brief/mail.
  • Je kent de vorm van een zakelijke brief/mail.
  • Je kan een zakelijke brief/mail schrijven.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wat gaan we doen?
  • Uitleg zakelijke brief
  • Opdracht 
  • Je kent de opbouw van een zakelijke brief/mail.
  • Je kent de vorm van een zakelijke brief/mail.
  • Je kan een zakelijke brief/mail schrijven.

Slide 1 - Slide

Doelgericht schrijven
Je schrijft een tekst altijd met een bepaald schrijfdoel. Je wilt:
  • informeren;
  • instrueren;
  • overtuigen.

Slide 2 - Slide

Afstemmen op de doelgroep
  • Formeel
  • Informeel

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Afstemmen op de doelgroep
  • Voorkennis is kennis die iemand al heeft over een onderwerp. 
  • Als de doelgroep weinig voorkennis heeft over het onderwerp moet je voldoende uitleg geven en je woordgebruik aanpassen aan je doelgroep. Woorden die alleen binnen het onderwerp worden gebruikt, zoals vaktermen, vermijd je of leg je uit.

Slide 6 - Slide

Zakelijke brief/mail
  • Als je een boodschap aan een persoon of instantie moet overbrengen
  •  Informatie vragen of geven, een klacht uiten of een verzoek doen 
  • Formeel taalgebruik
  • Per post of e-mail

Slide 7 - Slide

Opbouw
  • Inleiding: wie ben je en waarom schrijf je
  • Middenstuk: informatie/boodschap/vragen
  • Slot: verwachting
  • Slotzin: je  bedankt de ontvanger, je schrijft dat je een reactie verwacht of dat je hoopt dat je voldoende informatie hebt gegeven.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Schrijf een zakelijke mail
  • Schrijf een mail.
  • Starttaal 2F
    Examentraining instellingsexamens
    hoofdstuk 4 oefenexamens
  • Oefenexamen 1 opdracht 1

Slide 11 - Slide