10.3 - Reactie en remweg

Waarom is bumperkleven verboden?

De boete ligt tussen de 280 en 600 euro!!!
A
een bumperklever kan niet snel genoeg reageren
B
een bumperklever profiteert van de brandstof
C
door bumperkleven ontstaat vaak ruzie
D
Het is irritant voor de voorganger
1 / 12
next
Slide 1: Quiz
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Waarom is bumperkleven verboden?

De boete ligt tussen de 280 en 600 euro!!!
A
een bumperklever kan niet snel genoeg reageren
B
een bumperklever profiteert van de brandstof
C
door bumperkleven ontstaat vaak ruzie
D
Het is irritant voor de voorganger

Slide 1 - Quiz

10.3 - Reactie en remweg
Je leert...:
  • ...wat reactie-tijd is
  • ...wat reactie-afstand is
  • ...wat rem-weg is
  • ...wat stop-afstand is

Slide 2 - Slide

REACTIETIJD
In het verkeer is het belangrijk dat je snel reageert. De tijd die je nodig hebt voordat je remt heet REACTIETIJD.


De reactietijd is afhankelijk van:
  • leeftijd
  • concentratie
  • vreemde stoffen in je lichaam

Slide 3 - Slide

REACTIEAFSTAND
Tijdens de reactietijd blijf je met dezelfde snelheid rijden.


De afstand die je in de reactietijd aflegt heet 
REACTIEAFSTAND

Slide 4 - Slide

REMWEG
De afstand die je tijdens het remmen wordt afgelegd, is de REMWEG.

Hoe lang de remweg is hangt af van:
  • snelheid
  • toestand van de remmen
  • weersomstandigheden
  • conditie van de banden
  • type wegdek en toestand ervan
  • massa van het voertuig

Slide 5 - Slide

STOPAFSTAND =
REACTIEAFSTAND + REMWEG

Slide 6 - Slide

De reactietijd wordt groter als je sneller rijdt.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

Jonge mensen reageren over het algemeen sneller dan ouderen.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

Als het regent is de remweg langer.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Ouderen mogen minder alcohol drinken als zij gaan deelnemen aan het verkeer dan jongeren.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

De reactieafstand wordt groter als je sneller rijdt.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

Maken
BLZ 31
opdracht: 1,2, 4, 5, 6, 8, 10 tm 16

Slide 12 - Slide