Overzicht hoofdstuk 4

Overzicht h6
Leerhulp
1 / 39
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 39 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Overzicht h6
Leerhulp

Slide 1 - Slide

Allereerst

Het schoolexamen is digitaal en maak je in het toetsprogramma Quayn. 

TEST VOOR HET SCHOOLEXAMEN NOG EEN KEER OF JE KAN INLOGGEN!

Slide 2 - Slide

Deel 1
Wat moet je weten voordat je begint met leren

Slide 3 - Slide

H6: Pluriforme samenleving
4 paragrafen --> 4.1 t/m 4.4

Blz 90 t/m 104

Stukken herhaling van H1 
(zie volgende pagina voor uitleg)

Slide 4 - Slide

Stukken herhaling van H1 
Voor dat je begint met leren van hoofdstuk 4 bekijk/leer je de volgende stukken tekst


blz 10: "Waarden en normen"

Slide 5 - Slide

GA NIET VERDER!
Voordat je de volgende begrippen kent:
Normen
Waarden

Slide 6 - Slide

Deel 2
Alle besproken leerstof

Slide 7 - Slide

LET OP!
Niet alle leerstof uit het boek staat in deze presentatie.
Alleen de belangrijkste dingen!


GEBRUIK DUS OOK JE BOEK BIJ HET LEREN!

Slide 8 - Slide

Paragraaf 4.1
Blz 90

Slide 9 - Slide

H4: Pluriforme samenleving
4 paragrafen

School Examen

Stukken herhaling van H1

Slide 10 - Slide

Cultuur
Alle normen, waarden en gewoonten die mensen in een samenleving delen

Norm= regel hoe jij je moet gedragen
Waarden = iets wat jij belangrijk vindt

(zie blz 12)

Slide 11 - Slide

Dominante cultuur
Dominant = sterkste

Normen, waarden en gewoonten van meeste mensen in een land.




Slide 12 - Slide

Nederlandse cultuur
Dominante cultuur in Nederland is de Nederlandse cultuur

Mannen en vrouwen zijn gelijk.

Je mag geloven wat je wil.

Op 4 mei dodenherdenking

Slide 13 - Slide

Subcultuur
De cultuur van een kleine groep mensen binnen de dominante cultuur.

Dominante cultuur in Nederland is de Nederlandse cultuur
Punks
Acteur & komiek
Marrokaan
Kickbokser
Gamers

Slide 14 - Slide

Iedereen zit in verschillende subculturen!

Elke subcultuur heeft weer eigen normen en waarden
Norm: veel trainen, fit blijven
Waarde: respect voor elkaar

Slide 15 - Slide

pluriforme samenleving

Pluri = veel
Form = vormen


Samenleving met verschillende culturen en leefstijlen

Slide 16 - Slide

Paragraaf 4.2
Blz 94 en 98

Slide 17 - Slide

Vier redenen om te emigreren
1. Veiligheid: oorlog, geloof, seksuele voorkeur

2. Werk: je hebt een bijzonder beroep.

3. Koloniën: hoorde bij Nederland --> zijn dus ook Nederlanders

4. Gezin: Gezinshereniging en gezinsvorming

Slide 18 - Slide

Vluchten voor veiligheid
Vluchtelingen
Mensen die hun huis verlaten vanwege oorlog of geweld.

Vluchtelingen vragen asiel aan
Toestemming om hier te mogen blijven

Slide 19 - Slide

Gastarbeiders
Hier naartoe gehaald door Nederlandse bedrijven
Gehaald uit Marokko, Turkije, Spanje, Italië

Idee was dat ze terug zouden gaan maar veel zijn gebleven:
Kregen hier een huis en kinderen, konden hier meer verdienen, voorzieningen zijn hier beter.

Slide 20 - Slide

Koloniën
Stukje Nederland buiten Nederland
Werd gebruikt om winst te maken

Toen Suriname en Indonesië onafhankelijk werden kwamen grote groepen "Nederlanders" hier naar toe

Grote groepen Surinamers, Antillianen en Indonesiërs in NL

Slide 21 - Slide



Gezinshereniging
Gevlucht iemand haalt zijn/haar gezin hier naar toe


Gezinsvorming
Jij trouwt met iemand van buiten de Europese Unie
Gezin

Slide 22 - Slide

Emigrant

Gaat het land uit

Emigrant begint met de E van EXIT
Immigrant

Kom het land in

Immigrant begint met de I van
IN

Slide 23 - Slide

Toelatingsbeleid - wie mogen blijven?

Iedereen van binnen de Europese unie mag ALTIJD naar Nederland komen en hier blijven (werken)

Slide 24 - Slide

Toelatingsbeleid - wie mogen blijven?

Werkzoekende:
alleen als je een speciaal beroep hebt


Foto:
Agustin Anello
Nationaliteit: Amerikaans

Slide 25 - Slide

Toelatingsbeleid - wie mogen blijven?

Werkzoekende:

        Kom je omdat je arm bent of uit arm land komt? --> Pech!

Deze mensen worden ook wel "gelukszoekers" genoemd

Slide 26 - Slide

Toelatingsbeleid - wie mogen blijven?

Vluchteling
Je loopt gevaar in eigen land.

Redenen:
oorlog, je seksuele voorkeur, je geaardheid, je geloof

Slide 27 - Slide

Paragraaf 4.3
Blz 100

Slide 28 - Slide

Integratie
Uitwisseling tussen de subculturen van nieuwkomers en de dominantie Nederlandse cultuur

Kort gezegd
Nieuwkomers moeten leren van Nederlanders
Nederlanders moeten leren van nieuwkomers

Slide 29 - Slide

Eerste zin "Allebei aanpassen"
Voor een succesvolle pluriforme samenleving is integratie nodig.

Pluriforme samenleving: Samenleving met verschillende culturen en leefstijlen

Integratie: aanpassen aan elkaar.

Slide 30 - Slide

Integratie
Kort gezegd
Nieuwkomers moeten leren van Nederlanders
Nederlanders moeten leren van nieuwkomers

Nieuwkomers moeten zich het meest aanpassen.
Maar ook de dominante cultuur (Nederland) zal  veranderen.

Slide 31 - Slide

Overheid helpt bij integratie

VOOR INTEGRATIE IS HET BELANGRIJK DAT NIEUWKOMERS SNEL MEEDOEN MET DE MAATSCHAPPIJ

Wat doet de overheid?
  1. Extra geld lessen Nederlands
  2. Gemengde scholen

Slide 32 - Slide

Paragraaf 4.4
blz 104

Slide 33 - Slide

Stereotypen
Overdreven en ongenuanceerd beeld van een groep.

Vaak een negatief beeld van een hele groep.

Slide 34 - Slide

Vooroordelen
Een oordeel over iemand zonder dat je de feiten of de persoon kent.

Vooroordelen gaat over een persoon niet over een groep.

Je zet iemand in een hokje zonder dat je die persoon kent.

Slide 35 - Slide

Stereotypen

Overdreven en ongenuanceerd beeld van een groep.

Vaak een negatief beeld van een hele groep.
Vooroordelen

Een oordeel over iemand zonder dat je de feiten of de persoon kent.

Vooroordelen gaat over een persoon niet over een groep.

Slide 36 - Slide

Discriminatie
Onterecht verschil maken in behandeling tussen mensen

Twee mensen anders behandelen in dezelfde situatie

Slide 37 - Slide

Voorbeeld discriminatie
Twee mensen anders behandelen in dezelfde situatie

Meneer Huijgen helpt alleen nog leerlingen in de klas met bruine ogen.
Blauwe ogen? Dikke vette pech!

Slide 38 - Slide



Vooroordeel:
Ik denk iets over een persoon zonder de feiten te kennen


Discriminatie:
Ik behandel iemand anders zonder de feiten te kennen

Ik pas mijn gedrag aan op mijn vooroordeel


Verschil vooroordelen en discriminatie

Slide 39 - Slide